Meten van vloeistoffen met een maatbeker (Litermaat)



Meten van vloeistoffen met een maatbeker (Litermaat)

In een kookboek staan recepten. Er staat welke ingrediënten er in een gerecht gaan en er staat ook bij hoeveel erin moet.

Om goed te kunnen koken moet je dus goed kunnen meten en wegen.

Met meten bedoelen we in de keuken het afmeten van ingrediënten met een *litermaat

*maatbeker

*eetlepel of theelepel.

Water, melk, bouillon (vloeistoffen) kun je het beste afmeten in een maatbeker (of litermaat).

Het is een kan waarop een maatverdeling staat.

(Het verschil tussen een maatbeker en een litermaat is dat op een maatbeker ook een verdeling voor een aantal vaste stoffen staan zoals bijvoorbeeld suiker of meel. Deze maatverdeling is dan in grammen. Voor 500 gram rozijnen heb je natuurlijk een andere grammenverdeling nodig dan voor 500 gram suiker.)

Meten met de maatbeker:

*In recepten wordt er vaak gewerkt met dl. (deciliter)

(1 deciliter is ongeveer een klein kopje of een half glas vol.)

*Ook staat er vaak cc. Daar wordt dan kubieke cm mee bedoeld.

*Nog een maat die veel gebruikt wordt is ml. (milliliter)

1 cc is evenveel als 1 milliliter

|Liter(l) |Deciliter(dl) |Centiliter(cl) |Milliliter(ml of cc) |

1 liter = 10 dl ……………. 10 dl = 1000 ml(= 1000 cc)

½ liter = 5 dl ……………. 5 dl = 500 ml(= 500 cc)

¼ liter = 2,5 dl …………… 2,5 dl = 250 ml(= 250 cc) 1/8 liter= ………………………………………………….…………………125 ml(= 125 cc)

1 cl = 10 ml

Wil je weten hoeveel vloeistof er in een glas, beker of kopje gaat, vul het dan met water.

Giet het water in de maatbeker en lees af hoeveel er in de maatbeker zit.

Meten met de lepel

Omdat een lepel hol is kun je er vaste vloeistoffen mee afwegen.

Het is een manier die je goed kunt gebruiken voor kleine beetjes.

Om een zo goed mogelijk resultaat te krijgen moet je een (grote) eetlepel gebruiken.

Meten van een vloeistof(zoals melk, water of geklutst ei):

1) de vloeistof in een wijde kom

2) lepel diep in de kom

3) lepel omhoog halen

4) controleren of de lepel goed gevuld is

Meten van een vaste stof(zoals suiker, cacao of meel):

1) de vaste stof in een wijde kom

2) haal een volle eetlepel met kop erop omhoog

3) ga met de rechte kant van het mes over de lepel en strijk de kop eraf

4)wat in de lepel achterblijft is een afgestreken eetlepel

Dit gaan we straks oefenen met cacao en suiker.

NAAM………………..

Op de tafel staat voor ieder groepje 1 glas 1 kopje 1 maatbeker

1 borrelglaasje

Je mag antwoorden in liters, deciliters, milliliters of cc’s.

Kies steeds wat jij het handigste vindt

*Hoeveel water gaat er in een glas?

…………………………………………………………………………………………………...

*Als je 2 glazen water in de maatbeker doet, hoeveel water zit er dan in de maatbeker?

…………………………………………………………………………………………………...

*Doe een halve liter water in de maatbeker. Hoeveel glazen water kan je ermee vol schenken?

En hoeveel water houd je over?

Volle glazen………………Water over……………………………………………………………….

*Hoeveel water gaat er in het kopje?

…………………………………………………………………………………………………...

*Als je 3 kopjes water in de maatbeker doet, hoeveel water zit er dan in de maatbeker?

…………………………………………………………………………………………………...

*Doe weer een halve liter water in de maatbeker. Hoeveel kopjes kan je ermee vol schenken?

En hoeveel water houd je over?

Volle kopjes……………Water over……………………………….………………………………….

*Doe 10 borrelglaasjes water in een lege maatbeker. Hoeveel water gaat er in de maatbeker?

…………………………………………………………………………………………………...

*Als je nu wilt weten hoeveel er in 1 borrelglaasje gaat, moet je de hoeveelheid water delen door ……….

*Hoeveel water gaat er dus in 1 borrelglaasje?

…………………………………………………………………………………………………...

*Doe een halve liter water in de maatbeker. Hoeveel borrelglaasjes kan je ermee vol schenken? En hoeveel houd je over?

Volle borrelglaasjes……………………………………………………………………………...

Water over……………………………………………………………………………………….

Meet precies 2 dl water af en onthoudt hoeveel dit is, want dat heb je straks nodig aan melk voor de chocolademelk.

Chocolademelk:

- Doe voor elk kopje chocolademelk 1 ½ deciliter melk in een pannetje.

- Voeg 1 eetlepel suiker aan de melk toe per kopje chocolademelk.

- Breng de melk, zonder te roeren, op een passend vuur aan de kook.

- Meng intussen per kopje 1 eetlepel cacaopoeder met ½ deciliter koude melk. Roer dit goed door elkaar zodat er geen klontjes meer zijn.

- Voeg het koude chocolademengsel bij de kokende melk en laat het even doorkoken. Pas op dat het niet overkookt.

denk goed na voor je begint met het maken van de chocolademelk

Voor hoeveel personen ga je chocolademelk maken:..................

Hoeveel ingrediënten heb je dan nodig .............dl. melk om te koken

.............dl. Melk om te mengen

.............eetlepels suiker.

.............eetlepels cacaopoeder.

Schrijf op hoe je te werk gaat:

1 .......................................................................................................

2 .......................................................................................................

3 .......................................................................................................

4 .......................................................................................................

................
................

In order to avoid copyright disputes, this page is only a partial summary.

Google Online Preview   Download

To fulfill the demand for quickly locating and searching documents.

It is intelligent file search solution for home and business.

Literature Lottery

Related searches