384-aanbesteding-werken(aug2001): Basistekst voor ...
Agentschap Wegen en Verkeer
Afdeling Elektriciteit en Mechanica - Gent (EMG)
Openbare aanbesteding voor aanneming van werken
Dossiernummer: VVV.067
Besteknummer: MDL/08A03 Prijs: 1721,00 euro
Opstellen en aanpassen van wegverlichtingsinstallaties en inwendig verlichte signaleringsinstallaties in de provincies Oost- en West-Vlaanderen.
Perceel 1 : Oost- en West-Vlaanderen
Perceel 2 : Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant
Opening van de offertes:
Donderdag, $ 05 juni 2008 om uur
Elfjulistraat 41 - 9000 GENT
ALGEMENE INFORMATIE
Opdrachtgever en autoriteit voor toezicht en leiding over de opdracht:
Het Vlaams Gewest
Aanbestedende overheid:
Vlaamse overheid
Agentschap Wegen en Verkeer
Afdeling Elektriciteit en Mechanica - Gent
Elfjulistraat 41 - 9000 GENT
Projectingenieur perceel 1 Oost- en West-Vlaanderen : ing. Mac Coppens en ir. Ethel Claeyssens
Tel.: 09 244 82 11
Fax.: 09 244 82 00
Projectingenieur perceel 2 Antwerpen; Limburg en Vlaams-Brabant : ing. Eric Claessens
Tel.: 03/224 66 10 Fax : 03/244 66 05
Inzage documenten op bovenstaand adres: alle werkdagen van 9 tot 12 uur.
Het Kantoor voor inzage en verkoop der bestekken en andere documenten betreffende de openbare aanbestedingen (KIVB):
Copernicusgebouw, Wetstraat 51
1040 BRUSSEL
Tel. : 02 790 51 60 - 61 – 62 – 63 - 64 of 65
Fax : 02 290 19 64
E-mail : bvk@bfab.fgov.be
PCR nr. 679-2005826-60
Prijs voor bestek, opmeting en tekeningen: 1721,00 euro
Uitvoeringstermijn: 12 maanden, verlengbaar met maximaal 24 maanden
Erkenning:
- categorie/ondercategorie: P2
- klasse: 5
Registratie: vereist voor aanneming van werken
Gestanddoeningstermijn van de inschrijvingen: 120 kalenderdagen
INHOUDSOPGAVE
I ALGEMEENHEDEN 5
1 Voorwerp van de opdracht 5
2 Geldigheidstermijn van de opdracht 5
3 Omvang van de opdracht 5
3.1 Algemeen 5
4 Voorbehouden som van onvoorziene leveringen en werken 6
5 Kwaliteitsborging 6
5.1 Projectorganisatie 6
5.2 Af te leveren documenten 7
5.3 Kwaliteitshandboek 7
6 Bijzondere uitvoeringsmodaliteiten 8
6.1 Levering van verlichtingspalen 8
6.2 Leveringen door de overheid 8
6.3 Leveringen en werken niet voorzien in de samenvattende opmetingsstaat 9
6.4 Toezicht en leiding van de werken 9
6.5 Verantwoordelijkheid van de aannemer 9
6.6 Foto’s van ondergrondse werken 10
6.7 Documenten, lijsten, tabellen en opmetingsstaten 10
6.8 Plaatsen van signalisatie van werken 10
7 Veiligheidscoördinatoren 11
II BESCHRIJVING VAN DE OPDRACHT 12
1 Installaties voor wegverlichting : Leveren, plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen 12
1.1 Levering van de verlichtingspalen 12
1.1.1 Algemeenheden 12
1.1.2 CE-certificering 12
1.1.3 Rekennota en ontwerpplannen 13
1.1.4 Palen met verlengde schacht / inplantingstuk 13
1.1.5 Bijkomend deurtje 13
1.1.6 Afwijkingen voetplaten 13
1.1.7 Controles – proeven – opleveringsproeven 14
1.1.8 Transporteren en stapelen van de palen 14
1.2 Plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen 15
1.2.1 Algemeenheden 15
1.2.2 Materiaal leveringen door het bestuur 15
1.2.3 Materiaal leveringen door de aannemer 16
1.2.4 Plaatsing, aansluiting en indienststelling 17
1.2.5 Plaatsing van een kreukelpaal 17
1.2.6 Plaatsing van verlichting voor niet-beveiligde voetgangersoversteken 18
1.2.7 Extra info 18
2 Inwendig verlichte signaleringsinstallaties 18
2.1 Galgen en portieken 18
2.1.1 Algemeenheden 18
2.1.2 Materiaal geleverd door het bestuur 19
2.1.2 Materiaal leveringen door de aannemer 19
2.1.3 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van galgpalen 20
2.1.4 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van portalen 20
2.2 Vervanging van een inwendig verlicht bord 21
2.3 Lichtzuilen / lichtnagels 21
3 Voedingskast laagspanningsuitrusting 21
4 Kabellegging 22
4.1 Algemeen 22
4.2 Sleuven 22
4.3 Trekken van kabels 23
4.4 Kabeldoorgang onder een wegdek 24
4.5 Maken van een onderwaterboring of een boring onder een spoorweg 24
4.6 Verbindingsmoffen, aardingen 24
4.7 Opbreken en heraanleggen van wegbekleding 25
4.8 Kruising van kabels, buizen of andere obstructies 25
5 Demontage 25
6 Allerlei 26
6.1 Opmaken van uitvoeringsplannen 26
6.2 Vervoerkosten 26
6.3 Uurloon + Werken uit te voeren buiten de gewone dienstregeling 27
6.4 Schilderen van identificatienummers 27
6.5 Coördinatie 28
6.6 Aansluiting op het net van de distributienetbeheerders 28
6.7 Keuring 28
III ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 29
IV TECHNISCHE BEPALINGEN 45
I ALGEMEENHEDEN 5
1 Voorwerp van de opdracht 5
2 Geldigheidstermijn van de opdracht 5
3 Omvang van de opdracht 5
3.1 Algemeen 5
4 Voorbehouden som van onvoorziene leveringen en werken 6
5 Kwaliteitsborging 6
5.1 Projectorganisatie 6
5.2 Af te leveren documenten 6
5.3 Kwaliteitshandboek 7
6 Bijzondere uitvoeringsmodaliteiten 8
6.1 Leveringen door de overheid 8
6.2 Leveringen en werken niet voorzien in de samenvattende opmetingsstaat 8
6.3 Toezicht en leiding van de werken 9
6.4 Verantwoordelijkheid van de aannemer 9
6.5 Foto’s van ondergrondse werken 9
6.6 Documenten, lijsten, tabellen en opmetingsstaten 10
6.7 Plaatsen van signalisatie van werken 10
7 Veiligheidscoördinatoren 10
II BESCHRIJVING VAN DE OPDRACHT 12
1 Installaties voor wegverlichting : Plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen 12
1.1 Plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen 12
1.1.1 Materiaal leveringen door het bestuur 12
1.1.2 Materiaal leveringen door de aannemer 13
1.1.3 Plaatsing, aansluiting en indienststelling 14
1.1.4 Plaatsing van een kreukelpaal 15
1.1.5 Plaatsing van verlichting voor niet-beveiligde voetgangersoversteken 15
1.1.6 Extra info 15
2 Inwendig verlichte signaleringsinstallaties 15
2.1 Galgen en portieken 16
2.1.1 Materiaal geleverd door het bestuur 16
2.1.2 Materiaal leveringen door de aannemer 17
2.1.3 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van galgpalen 17
2.1.4 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van portalen 17
2.2 Vervanging van een inwendig verlicht bord 18
2.3 Lichtzuilen / lichtnagels 18
3 Voedingskast laagspanningsuitrusting 18
4 Kabellegging 19
4.1 Algemeen 19
4.2 Sleuven 19
4.3 Trekken van kabels 20
4.4 Kabeldoorgang onder een wegdek 21
4.5 Maken van een onderwaterboring of een boring onder een spoorweg 21
4.6 Verbindingsmoffen, aardingen 21
4.7 Opbreken en heraanleggen van wegbekleding 22
4.8 Kruising van kabels, buizen of andere obstructies 22
5 Demontage 22
6 Allerlei 23
6.1 Opmaken van uitvoeringsplannen 23
6.2 Vervoerkosten 23
6.3 Uurloon + Werken uit te voeren buiten de gewone dienstregeling 24
6.4 Schilderen van identificatienummers 24
6.5 Coördinatie 25
6.6 Aansluiting op het net van de distributienetbeheerders 25
6.7 Keuring 25
III ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 26
IV TECHNISCHE BEPALINGEN 42
Gent, 43
ALGEMEENHEDEN
A Voorwerp van de opdracht
Deze opdracht heeft als voorwerp het aanbrengen en/of demonteren van wegverlichtingsinstallaties en van inwendig verlichte signaleringsinstallaties langs gewestwegen in de provincies Oost- en West-Vlaanderen.
• Perceel 1 : Oost- en West-Vlaanderen;
• Perceel 2 : Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant.
B Geldigheidstermijn van de opdracht
De termijn voor het geven van dienstbevelen is vermeld in Deel III Administratieve Bepalingen - Uitvoeringsmodaliteiten, –termijnen.
C Omvang van de opdracht
1 Algemeen
De overheid levert bestellingen af in functie van haar behoeften.
Het inschrijvingsbedrag stemt overeen met het geraamd jaarlijks bedrag van het geheel der bestellingen.
De overheid verbindt zich er toe om gedurende de looptijd van het contract bestellingen af te leveren voor een minimum bedrag van 500.000 euro (inclusief BTW) voor perceel 1 en 100.000 euro (inclusief BTW) voor perceel 2.
De waarborgtermijn voor de uitbreidingen en vernieuwingen bedragen 2 jaar.
Het toewijzen van de opdracht op basis van dit bestek geeft aan de aannemer geen enkel uitsluitingsrecht. De aanbestedende overheid kan gedurende de geldigheidsperiode van de opdracht prestaties identiek of analoog aan deze beschreven in het bestek laten uitvoeren door andere aannemers of door zijn eigen diensten. De aannemer kan uit dien hoofde geen aanspraak maken op enige vergoeding.
De aanbestedende overheid kan de aannemer gedurende de geldigheidstermijn van de opdracht eveneens prestaties identiek of analoog aan deze beschreven in onderhavig bestek doen uitvoeren in het overblijvende gedeelte van het Vlaams Gewest.
De aanbestedende overheid heeft het recht om door de aannemer andere toestellen of toebehoren dan deze voorzien in de samenvattende opmeting te laten leveren en opstellen.
De aannemer wordt er op gewezen dat de opmaak en aflevering van de uitvoeringsplannen een essentiële voorwaarde is bij de beoordeling betreffende de algemene voltooiing van de opdracht tot oplevering van de afzonderlijke dienstbevelen. Aldus hebben uitgevoerde werken voor het bestuur pas een waarde wanneer de bijhorende uitvoeringsplannen beschikbaar zijn.
D Voorbehouden som van onvoorziene leveringen en werken
In de opmeting is een post “voorbehouden som” opgenomen met een vermoedelijke hoeveelheid en als eenheid “euro”. De aannemer vult als eenheidsprijs “1” (één) in en neemt het bedrag van de vermoedelijke hoeveelheid over in de kolom “sommen”.
Dit bedrag is gereserveerd voor leveringen en werken voor de uitvoering van aanpassingen aan onverwachte situaties of oplossingen van ad hoc problemen die niet vooraf konden worden vastgesteld en waarvoor geen specifieke posten in de opmeting voorzien zijn. Meer bepaald gaat het over montagewerken, graafwerken, bijkomende leveringen en bijkomende toestellen voor de besturing.
Op de onder deze post in rekening gebrachte bedragen voor geleverde materialen en prestaties van onderaannemers, wordt een coëfficiënt voor onkosten en winst in rekening gebracht die overeenstemt met het dienstorder LI 98/30, nl 17% voor de materialen die door de aannemer zelf verwerkt worden en 10% voor materialen die enkel geleverd worden en voor prestaties van onderaannemers. Deze laatste verhoging blijft beperkt tot één onderaannemer. Er mag dus in geval van meerdere onderaannemers geen cascade van de verhogingen plaats vinden.
De voorbehouden som geeft de aannemer geen recht op enige bestelling, noch over het bedrag dat eventueel besteld wordt. Het is enkel een indicatie van het budget dat voor dergelijke uitgaven gereserveerd is. De aanbestedende overheid beslist over de uitgaven die met deze post betaald worden.
E Kwaliteitsborging
1 Projectorganisatie
De aannemer moet een beschrijving maken van de projectorganisatie. Is de aannemer een tijdelijke vereniging dan dient een totaalbeeld van de projectorganisatie gegeven te worden. De projectleider, de kwaliteitsverantwoordelijke en de projectuitvoerders moeten zowel naar kwalificatie als naar aantal worden aangeduid op één of meerdere organogrammen. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de verschillende projectleden moeten in detail omschreven worden.
De aanbestedende overheid eist dat de kwaliteitsverantwoordelijke, aangesteld door de aannemer, voldoende bevoegdheid heeft om de werken stil te leggen, andere werkwijzen voor te stellen, voorstellen ter verbetering voor te leggen en te laten uitvoeren, en audits over de toepassing van het kwaliteitsborgingsysteem te laten uitvoeren. De kwaliteitsverantwoordelijke moet rechtstreeks aan de gemandateerde van de aannemer of van de tijdelijke vereniging kunnen rapporteren over de vordering van de werken.
2 Af te leveren documenten
De aannemer moet volgende documenten voorleggen aan de aanbestedende overheid:
- Bewijzen van goede kwaliteit van aangekochte producten, grondstoffen, te verwerken materialen en materieel;
- As-builtdossier dat vóór de voorlopige oplevering overhandigd wordt;
- Weekplanning:
• Uiterlijk één werkdag vóór het begin van de week verstrekt de aannemer per email aan de overheid alle inlichtingen betreffende de geplande installatiewerken die de betreffende week uitgevoerd zullen worden. Deze planning wordt chronologisch opgesteld per werkdag en vermeldt minimaal: de plaats van de installatie, het dienstbevelnummer, type installatie (driekleurige verkeerslichten, inwendig verlichte signalisatie, …, type werken (kabelwerken, plaatsen kast, plaatsen palen, aansluiten kabels,…).
• Indien, om welke reden ook, van de weekplanning wordt afgeweken, zal de overheid onmiddellijk op de hoogte gebracht worden.
• De aannemer dient een model van de weekplanning binnen de 20 kalenderdagen na goedkeuring van inschrijving ter goedkeuring voor te leggen aan de overheid.
- Dagplanning:
▪ De dagplanning is een document dat door de aannemer iedere werkdag (per email, vóór 8.00 uur de werkdag zelf) per zone moet opgesteld worden en waarop alle werkzaamheden die voor die dag gepland zijn aan de installaties vermeld worden. Ook voor de dagen waarop ingevolge slechte weersomstandigheden niet kan gewerkt worden, moet een dagplanning opgesteld worden.
▪ De dagplanning vermeldt o.a. de plaats, het dienstbevelnummer en de aard van de werken, het type van de werfsignalisatie, de verantwoordelijke persoon van de aannemer op de werf, de toezichter en de projectingenieur van de overheid,...
▪ Werken die op de planning staan maar mogelijk slechts kunnen uitgevoerd worden door de vordering van de voorgaande werken worden gemarkeerd met ‘onder voorbehoud’.
▪ De aannemer dient een model van de dagplanning binnen de 20 kalenderdagen na goedkeuring van inschrijving ter goedkeuring voor te leggen aan de overheid.
3 Kwaliteitshandboek
Het kwaliteitsborgingsysteem wordt beschreven in een handboek door de aannemer opgesteld en maandelijks aangevuld en bijgewerkt. Dit handboek wordt aan de goedkeuring onderworpen van de aanbestedende overheid. De algemene processen en procedures, specifieke (werk)instructies en principeschema’s worden erin beschreven. De gebruikte formulieren worden opgenomen. Het bevat minimaal de informatie noodzakelijk voor de mensen op het terrein om de werken correct uit te voeren. Het aanleveren van de planningsdocumenten is eveneens vervat in het geheel van prestaties voor het opstellen en up-to-date houden van een kwaliteitsborgingssysteem.
Binnen de 30 kalenderdagen na de gunning van de opdracht levert de aannemer volgende documenten:
- het kwaliteitshandboek
- ontwerp van opvolgingsfiche per project
- de algemene procedures
- de controle-instructies
- de bijkomende instructies
Dezelfde procedure als voor de goedkeuring van plannen en tekeningen is van kracht.
In de loop van de aanneming wordt het kwaliteitshandboek aangevuld met:
- de kwaliteitsopvolging
- de rapporteringen
De werken mogen echter niet effectief aangevat worden vooraleer het kwaliteitshandboek door de aanbestedende overheid is goedgekeurd. De vastgelegde uitvoeringstermijn begint echter te lopen, zelfs als het kwaliteitshandboek nog niet is goedgekeurd.
De aanbestedende overheid kan zich voor het nazicht van het kwaliteitshandboek en voor de controle op de uitvoering van het kwaliteitsplan laten bijstaan door een controle-organisme. Zij kan eveneens audits laten uitvoeren bij de aannemer.
Als de aanbestedende overheid oordeelt dat het voorgestelde kwaliteitshandboek niet kan worden goedgekeurd, dat het goedgekeurde kwaliteitsborgingssysteem niet behoorlijk wordt uitgevoerd, of dat het team belast met de uitvoering en de controle ervan niet naar behoren functioneert, kan het ambtshalve en op kosten van de aannemer een neutrale en onafhankelijke instelling belasten met de doorlopende controle op de uitvoering van de werken.
Dit om ervoor te zorgen dat de besteksbepalingen strikt worden nageleefd.
F Bijzondere uitvoeringsmodaliteiten
1 Levering van verlichtingspalen
2 Voor de wegverlichtingsinstallaties dienen de verlichtingspalen geleverd door de aannemer. Hij heeft de vrije keuze tussen metalen palen of betonpalen. Hij maakt deze keuze bekend bij zijn offerte.
3
4 De keuze van het materiaal van de te leveren verlichtingspalen geldt voor alle types van palen en ligt vast voor de hele aanneming.
5 Leveringen door de overheid
De aanbestedende overheid heeft het recht zelf materialen te leveren en die door de aannemer te laten opstellen volgens de voorwaarden van het contract, zelfs indien voor dit materiaal een post voorzien is in de opmeting.
Bij het ter beschikking stellen ziet de aannemer de goede staat van het materiaal na. Hij ondertekent en dateert vervolgens de leveringsbon die hem wordt voorgelegd door de aanbestedende overheid en neemt dit materiaal op in een magazijninventaris. Vanaf dat ogenblik is hij verantwoordelijk voor dit materiaal tot aan de voorlopige oplevering van de werken waarvan het deel uitmaakt.
De aanbestedende overheid heeft eveneens het recht recuperatiemateriaal te laten opstellen. Wanneer een onderdeel of toebehoren vervangen wordt op vraag van de aanbestedende overheid, wordt dit door de aannemer in een magazijn onder gepaste omstandigheden opgeslagen.
De aannemer is er toe gehouden om het gerecupereerde materiaal dat eigendom blijft van de aanbestedende overheid in een goede staat van werking te houden en een afzonderlijke gedetailleerde stocklijst bij te houden. Bij het indienen van een vorderingsstaat wordt bij levering uit deze stock de aangepaste stocklijst toegevoegd.
Transport van het gerecupereerd materiaal van de werf naar het magazijn en vice versa, het stapelen en het uitpakken evenals andere prestaties nodig voor het verwerken en het opstellen van het geleverde of gerecupereerde materiaal is begrepen in de posten “Werken” van de samenvattende opmetingsstaat en maakt aldus geen voorwerp uit van een bijkomende vergoeding.
6 Leveringen en werken niet voorzien in de samenvattende opmetingsstaat
De overheid heeft het recht om door de aannemer andere toestellen of toebehoren dan deze voorzien in de samenvattende opmetingsstaat te laten leveren en opstellen. Deze leveringen worden aan de aannemer betaald op basis van een overeengekomen prijs berekend volgens omzendbrief MOW/2006/01, art. 3.
Aan de door de overheid daartoe aangeduide ambtenaren moet ten allen tijde tijdens de uitvoering van het contract de mogelijkheid geboden worden om een degelijke prijzencontrole te doen, m.a.w. alle boekhoudkundige stukken te verifiëren en controles ter plaatse te verrichten ten einde de juistheid na te gaan van:
de door de aannemer aangeboden prijzen
de overeen te komen prijzen in geval van meerwerken.
Indien de projectingenieur het noodzakelijk acht, kan hij de aannemer van deze opdracht verplichten om voor de uitvoering van leveringen en/of werken, niet voorzien in de samenvattende opmeting, prijs te vragen aan meerdere onderaannemers van wie er sommige door de eerstgenoemde kunnen worden aangeduid.
Niet voorziene werken uitgevoerd door een onderaannemer worden op dezelfde wijze en onder dezelfde voorwaarden vergoed zoals bij niet voorziene leveringen.
7 Toezicht en leiding van de werken
De leveringen en werken waarop dit bestek van toepassing is, worden uitgevoerd voor rekening van het Vlaams Gewest, een pararegionale instelling, een provincie, een gemeente of een derde.
Met de termen van het contract ter aanduiding van de verschillende autoriteiten die deelnemen aan het toezicht en aan de leiding van de werken worden dus de overeenstemmende autoriteiten bedoeld die afhangen van de hogergenoemde instanties. Zo wordt door "OVERHEID" eveneens een pararegionale instelling, een provincie, een gemeente of een derde bedoeld.
De leveringen en werken worden uitgevoerd onder leiding van de afdeling Elektriciteit en Mechanica – Gent.
8 Verantwoordelijkheid van de aannemer
Voor elk ongeval of voorval, als gevolg van een toestand van defect van de installatie gedurende of na de uitvoering van indienststelling en/of herstellingswerken uitgevoerd door het personeel van de aannemer en toe te schrijven aan het niet naleven van de bepalingen van dit bestek, is de aannemer aansprakelijk.
Hij kan tevens aansprakelijk gesteld worden voor elk ongeval te wijten aan het niet naleven van de verplichtingen m.b.t. werfsignalisatie.
9 Foto’s van ondergrondse werken
De aannemer dient aan de overheid te kunnen aantonen met behulp van digitaal fotomateriaal dat alle uitgevoerde ondergrondse werken kwaliteitsvol zijn uitgevoerd. Meer bepaald wordt hiermee bedoeld dat foto’s dienen te worden genomen van:
• De openliggende gemaakte sleuven waar reeds alle kabels en kabeldekking in zijn aangebracht (1 foto per maximum 20 meter sleuf, genomen in de lengterichting van de sleuf zodat de volle lengte zichtbaar is op de foto)
• Geplaatste wachtbuis-einden waarop de kabels en de aangebrachte wachtbuis-stop te zien zijn.
• De gemaakte putten ten behoeve van het plaatsen van verlichtingspalen of portieken.
Het digitaal fotomateriaal wordt ter beschikking gesteld aan de verantwoordelijke toezichter van de overheid ten behoeve van de opmaak of controle van de opmeetstaat van desbetreffend dienstbevel. Het fotomateriaal wordt per dienstbevel gegroepeerd en via CD-Rom of per E-mail naar de verantwoordelijke toezichter van de overheid gestuurd. Op elke foto dient duidelijk herkenbaar te zijn op welke locatie van het kruispunt of de weg de foto is genomen. De diepte van de sleuven dient eveneens duidelijk zichtbaar te zijn op de foto, door middel van vouwmeter of analoog.
De kosten voor het maken van foto’s en het versturen van de foto’s naar de overheid zijn een last van de aanneming en worden niet afzonderlijk vergoed.
Bij gebrek van foto’s of in geval van twijfel worden ten laste van de aannemer op een aantal door de overheid te bepalen locaties dichtgemaakte sleuven opengemaakt (over een lengte van 1 meter) om alsnog de kwaliteit van het uitgevoerde werk te kunnen controleren. Alle kosten voor het terug open- en dichtmaken van de sleuven en de eventueel reeds aangebrachte wegbekleding zijn ten laste van de aannemer.
10 Documenten, lijsten, tabellen en opmetingsstaten
De kosten voor het opmaken, aanpassen en reproduceren van documenten, vermeld in dit bestek, zoals planningen, nazichtfiches, verslagen, telefaxen of e-mail, opmetingen, offertes, facturen, en zo meer, zijn een last van de aanneming en worden niet afzonderlijk vergoed.
Indien een post van de opmeting uitgedrukt wordt per eenheid van lengte, oppervlakte of volume zijn de hiernavolgende voorschriften van toepassing, tenzij uitdrukkelijk anders vermeld:
- de in rekening te brengen lengte wordt bekomen door de gemeten waarde af te ronden naar de naaste hogere waarde die een geheel veelvoud is van 1/10 van de basiseenheid van de betreffende post;
- bij de berekening van oppervlakken en volumes geschiedt een afronding tot op 1/10 op het eindresultaat.
11 Plaatsen van signalisatie van werken
De aandacht van de inschrijver wordt erop gevestigd dat de vergunningen nodig voor het plaatsen van de signalisatie dienen aangevraagd te worden aan de beheerders van de wegen.
Inzake autosnelwegen dient de aanvraag om vergunning te worden gericht aan de bevoegde afdeling van het Agentschap Wegen en Verkeer. Voor alle andere wegen dient de aanvraag te worden gericht aan het gemeentebestuur van de plaats waar de werken gelegen zijn.
De aannemer dient tijdig (dat wil zeggen binnen de 30 kalenderdagen na de betekening van de goedkeuring van zijn inschrijving) een type-vergunningsaanvraagdossier in. Binnen de 10 werkdagen na verzending van een dienstbevel dient hij per installatie zijn volledige vergunningsaanvraagdossier (gestaafd met de nodige bewijsstukken) in.
Het type-aanvraagdossier bevat onder meer per aard van de weg een type-plan van signalisatie.
Een voor eensluidend verklaard afschrift van de vergunningsaanvraagdossiers dient door de aannemer met dezelfde post ter kennisgeving gestuurd te worden aan de afdeling EMG en de bevoegde afdeling van het Agentschap Wegen en Verkeer.
Na het indienen van een volledig vergunningsaanvraagdossier kan de uitvoeringstermijn worden verlengd met het aantal kalenderdagen, omgezet in werkdagen die verlopen tussen de datum van aanvraag en het afleveren van de vergunning door de bevoegde overheid.
De aannemer stuurt een kopie van de verleende vergunning ter kennisgeving aan de afdeling EMG.
Alle kosten met betrekking tot de signalisatie van werken zijn een last van de aannneming.
G Veiligheidscoördinatoren
De aandacht van de inschrijvers wordt gevestigd op het KB van 25.01.2001 betreffende de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen (BS van 07.02.2001).
De coördinator-ontwerp en coördinator-verwezenlijking voor onderhavige aanneming zijn aangeduid door de aanbestedende overheid. Deze opdracht werd toegewezen aan de firma ADVIPEX BVBA, Coupure Links 55, 9000 Gent.
Het veiligheids- en gezondheidsplan, opgemaakt door de coördinator-ontwerp is bij het bestek gevoegd.
De inschrijver wordt erop gewezen dat hij verplicht is te voldoen aan de voorwaarden van dit veiligheids- en gezondheidsplan.
De kosten voor de bijkomende uitrusting en/of werken die geëist worden in het Veiligheids- en gezondheidsplan van de coördinator ontwerp zijn een last van de aanneming. De kostprijsberekening en andere gegevens die gevraagd worden in het Veiligheids- en Gezondheidsplan moeten bij de inschrijving gevoegd worden.
BESCHRIJVING VAN DE OPDRACHT
A Installaties voor wegverlichting : Leveren, plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen
1 Levering van de verlichtingspalen
a Algemeenheden
De verlichtingspalen worden beschreven in de technische voorwaarden van het Standaardbestek 240 -
deel II - Hoofdstuk 9 – Wegverlichting en in onderhavig bestek..
De levering van een paal omvat alle leveringen voor het bedrijfsklaar opstellen van een paal, zoals:
- de paal zelf, met, voor wat de metalen palen betreft, inbegrip van het thermisch verzinken van de paal;
- het leveren en plaatsen van de montagepla(a)t(en) voor de elektrische apparatuur met inbegrip van de bevestigingsorganen;
- het leveren en plaatsen van het (de) deurtje(s) van de paal;
- de levering en het aanbrengen van vet voor het invetten van de sluitschroe(f) van het (de) deurtje(s)
- het leveren en het aanbrengen van de tweecomponent epoxykoolteer op het inplantingsstuk (zowel in- als uitwendig) of de voetplaat van de verlichtingspaal;
- alle andere leveringen en werken niet uitdrukkelijk hiervoor vermeld om de paal bedrijfsklaar voor opstelling te leveren;
- alle leveringen en werken voor het aanbrengen van de CE-markering;
- de leveringen en werken voor het samenstellen van de palen vervaardigd uit meerdere stukken.
b CE-certificering
Het afschrift van het CE-certificaat, dat bij de eerste levering van elk type van verlichtingspaal aan de projectingenieur overgemaakt wordt, dient vergezeld te zijn van een afschrift van het volledig aanvaardingsdossier dienaangaande.
Bij de uitvoering van de voorziene verificatie door berekening van de CE-certificering van de verlichtingspalen wordt er tevens een afschrift van het dossier aan de projectingenieur overgemaakt. Voor de gestandaardiseerde verlichtingspalen met lengte 12,5 m en 20 m is tevens een verificatie door beproeving voorzien.
Indien de CE-certificering van de standaard verlichtingspalen een aanpassing aan de constructie van deze palen vereist (vb. versteviging ter hoogte van de deurtjes) levert de leverancier per type van gestandaardiseerde paal een aangepaste constructietekening af.
Alle kosten met betrekking tot de CE-certificering, het leveren van de documenten, het eventueel leveren van plans, het uitvoeren van berekeningen, het uitvoeren van de proeven en testen,….. zijn vervat in de eenheidsprijzen van de posten van de inventaris en worden dus niet afzonderlijk vergoed.
c Rekennota en ontwerpplannen
Voor de gestandaardiseerde verlichtingspalen dient bij de inschrijving per standaardlengte (alle lengtes 3,2 m tem. 20 m) een rekennota ingediend te worden, vergezeld van een ontwerpplan, op straffe van nietigheid van de inschrijving.
De rekennota moet het bestuur in staat stellen te oordelen over de conformiteit met het bestek en moet aldus minstens bevatten :
- windbelasting
- gewichtsbelasting
- ontwerpleeftijd
- doorbuiging
- spanningen en momenten
- veiligheidscoëfficienten
- afmetingen
- wapening en voorspanning igv. Betonpalen
- …
Bij de inschrijving dient tevens voor elke gestandaardiseerde rechte paal (alle lengtes 3,2 m tem. 20 m) een ontwerpplan toegevoegd te worden waarop duidelijk de bepalingen van het bestek staan aangeduid wat betreft afmetingen, deurtjes, montageplaat, enz…
d Palen met verlengde schacht / inplantingstuk
Voor palen met verlengde schacht of verlengd inplantingstuk zijn er in de inventaris posten voorzien voor de levering en het aanbrengen van de verlenging.
De kosten voor de eventuele bijkomende verstevigingen zijn begrepen in de voorziene posten van de inventaris voor de schachtverlengingen.
e Bijkomend deurtje
Gestandaardiseerde verlichtingspalen van het type RM(S) of RB(S) 10 en het type RM(S) of RB(S)12,5 kunnen in bepaalde gevallen worden uitgerust van een tweede deurtje, waarvoor een aparte post voorzien is in de inventaris. De levering en plaatsing van de nodige verstevigingen voor de paal zelf en de levering en plaatsing van de bijkomende montageplaat met bevestigingsvoorzieningen, zijn begrepen in de eenheidsprijs van deze aparte post.
Er is tevens een post voorzien voor het leveren van een deurtje voor rechte standaardiseerde palen en palen met arm van 10m of 12,5m.
f Afwijkingen voetplaten
Bijzondere plaatsingsomstandigheden (VB. montage op een brug) kunnen een aanpassing van de voetplaat van een gestandaardiseerde paal noodzakelijk maken. Een dergelijke aanpassing kan bestaan uit een verkleining of vergroting of een andere vormgeving van de standaard voetplaat en eventueel een andere positie van de bevestigingsgaten. De aanpassing gebeurt enkel op vraag van de overheid. Voor de levering van een verlichtingspaal met een afwijkende voetplaat, ongeacht de afwijking, wordt een post voor een supplement voorzien in de inventaris.
g Controles – proeven – opleveringsproeven
1 Algemeen
Bij de uitvoering van proeven en controles door de overheid wordt door de leverancier de nodige meetapparatuur ter beschikking gesteld en verleent hij de nodige bijstand voor het uitvoeren van de proeven en controles. Dit geldt tevens voor het nemen en voorbereiden van de proefmonsters. Al deze acties zijn een last van de aanneming.
2 Controle van de materiaalkwaliteit
De fabrikant beschikt over materiaalcertificaten van het staal, wapeningsstaal en beton voor alle verlichtingspalen en voor elke bestelling. Deze certificaten zijn steeds ter inzage van de overheid en worden op verzoek ervan overgemaakt. Bij ontstentenis van deze materiaalcertificaten heeft de overheid het recht om op kosten van de leverancier de voorziene proeven te laten uitvoeren.
De overheid heeft eveneens het recht om, als controle op het materiaalcertificaat, proeven te laten uitvoeren op een willekeurig monster van het te verwerken staal of beton. Desgevallend zijn de kosten ten laste van de overheid als de proefresultaten bevredigend zijn.
3 Controle van de lasnaden
De overheid heeft het recht om het bijkomend destructief onderzoek en het radiografisch onderzoek van de langs- en dwarsnaden te laten uitvoeren, zoals voorzien in het standaardbestek 240, hoofdstuk 9, voor alle verlichtingspalen en voor elke bestelling. De labo-kosten zijn ten laste van de overheid als de proefresultaten bevredigend zijn.
h Transporteren en stapelen van de palen
De eenheidsprijzen van de palen zijn inclusief de transport- en stapelkosten voor de levering in een magazijn, op de werf langs autosnelwegen of gewestwegen of op eender welk adres in België. Dit geldt tevens voor het transport van verlichtingspalen waarvoor een uitzonderlijk transport vereist is. De overheid heeft het recht om per bestelling de levering te laten uitvoeren ongeacht het aantal en het type van de bestelde palen.De werfsignalisatie en eventuele transportsignalisatie zijn eveneens een last van de aanneming.
Het afladen en stapelen van de palen gebeurt door de leverancier. De verlichtingspalen worden in lagen gestapeld op een veilige en duurzame manier. Tussen de lagen wordt een vrije ruimte voorzien (vb. door middel van kepers). De levering en plaatsing van de hiervoor nodige hulpmiddelen zijn een last van de aanneming. De palen worden op verschillende plaatsen over zijn lengte ondersteund om doorbuiging te voorkomen.
Indien de levering van een bestelling uit meerdere vrachten bestaat, kan de overheid per vracht een andere losplaats opgeven. De leverancier kan hiervoor geen supplementen of vergoedingen aanrekenen.
2 Plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen
a Algemeenheden
Dit betreft de plaatsing, aansluiting en in dienst stelling van volledig uitgeruste niet-geschilderde verlichtingspalen met of zonder voetplaat(naargelang het paaltype) met inbegrip van de eventuele mediane balk, het (de) verlichtingstoestel(len), de lamp(pen), de voorschakelapparatuur, de inwendige bekabeling, de montagekast(-jes) in de paalvoet, zijn fundering en het binnenbrengen en aansluiten van de voedingskabels en met inbegrip van beperkte leveringen.
Volgende types van palen zijn voorzien in de samenvattende opmeting en aangeduid met de hiernavolgende symbolen:
Symbool
• Rechte metalen palen met funderingsmassief RM
• Rechte metalen palen voor bevestiging op verankeringsmassief RMS
• Metalen palen met arm(en) met funderingsmassief M
• Metalen palen met arm(en) voor bevestiging op verankeringsmassief MS
• Rechte betonnen palen met funderingsmassief RB
• Rechte betonnen palen voor bevestiging op verankeringsmassief RBS
• Betonnen palen met arm(en) met funderingsmassief B
• Betonnen palen met arm(en) voor bevestiging op verankeringsmassief BS
Voor de levering van de palen zijn afzonderlijke posten voorzien in de samenvattende opmeting.
b Materiaal leveringen door het bestuur
Verlichtingstoestel voor natriumhogedruklamp:
- De armatuur, met reeds ingebouwd:
- De bevestigingsorganen en de eventuele regelsystemen ervan
- De lamphouder(s), lampsteun(en) en het (de) optische syste(e)m(en), een klemmenblok per lamphouder.
- Alle voorschakelapparatuur (ballast, starter of ontsteker, condensator)
- De interne bedrading
- De lamp, apart geleverd
Verlichtingstoestel voor natriumlagedruklamp
- De armatuur, met reeds ingebouwd:
- De bevestigingsorganen en de eventuele regelsystemen ervan
- De lamphouder(s), lampsteun(en) en het (de) optische syste(e)m(en), een klemmenblok per lamphouder.
- De interne bedrading
- Alle voorschakelapparatuur (ballast, starter of ontsteker, condensator), te monteren in de voet van de verlichtingspaal.
- De lamp
- De eventuele mediane balk voor montage van meervoudige verlichtingstoestellen op een paal.
Projector:
- De armatuur, met reeds ingebouwd:
- De bevestigingsorganen en de eventuele regelsystemen ervan
- De lamphouder(s), lampsteun(en) en het (de) optische syste(e)m(en), een klemmenblok per lamphouder.
- De interne bedrading
- Alle voorschakelapparatuur (ballast, starter of ontsteker, condensator), te monteren in de voet van de verlichtingspaal.
- De lamp
Een kreukelpaal:
- De paal in 2 delen
- 3 imbusboutjes om 2 paaldelen op elkaar te klemmen
- Bout met moer door 2 paaldelen heen
- Betonijzer, lengte 400mm
- Dunne PVC-ring voor aanbreng zandgedeelte in fundering
c Materiaal leveringen door de aannemer
- Het montagekastje (hermetisch, minstens IP44 met doorschijnend niet-verliesbaar deksel; t.h.v. de automatische schakelaar wordt een klapdeksel in het niet-verliesbaar deksel voorzien, de bescherming van de automatische schakelaars dient minstens IP55 te zijn)
- Een tweepolig automatische schakelaar per lamp (de automaten voldoen aan de norm NBN C 61-898, uitschakelcurve C, onderbrekingsvermogen 10.000 A en hebben eveneens een functie van scheider.)
- Een klemmenblok met 4 klemmen uit vernikkelde messing MS 58 met een centrale gleuf en uitwendig van schroefdraad voorzien (alle details zijn beschreven in het standaardbestek 240 – hoofdstuk 9 – paragraaf 2.1.4.4.)
- Een aardingsklem
- De bekabeling tussen de verlichtingstoestel(len) en de toebehoren of de hulpapparatuur in de voet van de paal.
- De bedrading tussen de toebehoren zelf.
- de levering van vet voor het invetten van de sluitschroef van het (de) deurtje(s) ;
- De materialen voor het verankerings- of funderingsmassief, inclusief de verankeringskooi bij palen op voetplaat.
- De levering van resistent vet voor de verankeringsbouten en de doppen om over de bouten te schuiven;
- De beschermbuizen, voor de invoer van de voedingskabels en de aardingsgeleiders, doorheen het funderingsmassief ; de buizen worden ingeleid tot op een hoogte van 25 cm boven het maaiveld ;
- De thermokrimpende kabeleindmoffen op het uiteinde van de voedingskabels
- De epoxykoolteer en de verf voor het aanbrengen van de paalnummering. Palen die in middenbermen worden geplaatst dienen langs beide zijden te worden genummerd ;
- Eventueel T-stuk voor montage van 2 verlichtingstoestellen voor natriumhogedruklamp
- De levering van een bevestigingskroon voor montage van projectoren, te vergoeden volgens de post “Leveren van een bevestigingsorgaan”
- Alle andere leveringen niet uitdrukkelijk hiervoor vermeld om de paal bedrijfsklaar op te stellen.
d Plaatsing, aansluiting en indienststelling
Betreft de plaatsing van alle hierboven vermelde materialen (zowel deze te leveren door het bestuur als door de aannemer zelf), zoals omschreven in het Standaardbestek 240.
De plaatsing, aansluiting en indienststelling omvat alle werken voor het bedrijfsklaar opstellen van een verlichtingspaal zoals:
- De montage en het aanbrengen van de paal ongeacht het aantal paaldeurtjes;
- Het maken van de paalput is onafhankelijk van het soort grond, de obstakels in de paalput of van de plaats waar dient gegraven. De werken hebben enkel betrekking op plaatsen waar geen beplantingen of wegbekledingen aanwezig zijn. Voor het maken van de paalput in grond waar deze wel aanwezig zijn worden deze posten aangevuld met de posten van II.4.4.Voor het wegnemen en terugplaatsen van beplantingen en wegbekleding zijn afzonderlijke posten voorzien in de samenvattende opmeting;
- Het verwijderen van het overtollige regen- of grondwater uit de paalput voor het storten van het beton;.
- Het plaatsen van het bewapeningsstaal en de verankeringsbouten voor het verankeringsmassief;.
- Het plaatsen van de beschermbuizen, voor de invoer van de voedingskabels en de aardingsgeleiders, doorheen het verankerings- of funderingsmassief, ingeval palen op voetplaat;.
- Het storten van het beton rechtstreeks uit de betonmixer, het storten van het beton van het bovengronds- en ondergronds gedeelte van het funderings- of verankeringsmassief wordt tijdens dezelfde dag uitgevoerd;
- Het plaatsen van de thermokrimpende kabeleindmoffen op het uiteinde van de voedingskabels ;
- Het inbrengen en aansluiten van de voedingskabels en aardingsgeleiders in de paal ;
- Het effen en horizontaal maken van het verankeringsmassief, ingeval palen op voetplaat;.
- Het plaatsen en verwijderen van de bekisting van de massieven;
- Het teren van het gedeelte van de massieven boven en tot 0,10 m onder het maaiveld. Dit teren mag pas gebeuren nadat de te teren oppervlakken volkomen droog en stofvrij zijn ;
- het invetten van de sluitschroeven van de deurtjes van de verlichtingspalen;.
- Het nummeren van de verlichtingspalen, in geval palen in middenbermen dient de paal twee maal te worden genummerd (zie ook II.6.4);.
- Het afvoeren en aanvoeren van alle grond en het saneren van deze grond;
- Het perfect in orde stellen van de plaatsen. Ingeval voor het herstellen van de wegbekleding worden deze posten aangevuld met de posten van II.4.4.zijn afzonderlijke posten voorzien in de samenvattende opmeting;
- Het monteren van het eventueel T-stuk, Mediane balk of Bevestigingskroon voor montage van verlichtingstoestel of projector;
- Plaatsen van de verlichtingstoestel(len), (de) lamp(en), het (de) montagekastje(s), de hulpapparatuur en toebehoren met inbegrip van de bedrading en de bekabeling;.
- Plaatsen en aansluiten van de voedingskabel(s) en aardingsgeleider in het (de) verlichtingstoestel(len), de verlichtingspaal, de regelingen der optische systemen;.
- Het plaatsen van de beschermdoppen over de verankeringsbouten;
- Alle andere werken hiervoor niet uitdrukkelijk vermeld om de paal met verlichtingstoestel(len) bedrijfsklaar op te stellen.
e Plaatsing van een kreukelpaal
Fundering van de kreukelpaal:
De grootte van de put is 0.55 x 0.55 x 2250m. Een betonijzer wordt door de voorziene holte van de paal gestoken, alvorens het beton aan te brengen. Wachtbuizen worden geplaatst. Er wordt beton gestort tot 150mm onder het maaiveld. Op het beton wordt een PVC ring geplaatst die wordt opgevuld met zand. Een laag mortel (5cm dikte) wordt op het zand hellend van de paal weg aangebracht ter bescherming van het zand en ter afwerking. De mortel wordt gecoat.
Montage van de 2 paaldelen:
Het topstuk van de paal varieert van 2.5m tot 0.5m (naargelang een paal van 10 of 12m) en wordt op het 1e paaldeel geplaatst. Beide delen worden geklemd door het aanbrengen van 3 inbusboutjes. Ter extra beveiliging wordt een bout doorheen de voorziene opening van beide paaldelen aangebracht en vastgemaakt met een moer.
Overige werken: Zoals vermeld onder II.1.2.43.
f Plaatsing van verlichting voor niet-beveiligde voetgangersoversteken
De paal en verlichtingstoestel worden geleverd door het bestuur. De materiaalleveringen door de aannemer zijn identiek als in II.1.2.32. De werken voor plaatsing en in dienst stelling zijn identiek als in II.1.2.41.3. Voor de omschrijving van de paal wordt verwezen naar het standaardbestek 240, hoofdstuk 9.
g Extra info
Extra uitleg betreffende de te gebruiken posten bij afrekening.
• Voor het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen in volle grond: posten 1 tot en met 11. Eventueel te vermeerderen met posten 23 of 24 bij een extra te plaatsen verlichtingstoestel.
• Voor het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen op voetplaat met inbegrip van het verankeringsmassief: posten 12 tot en met 17. Eventueel te vermeerderen met posten 23 of 24 bij een extra te plaatsen verlichtingstoestel.
• Voor het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen op voetplaat op een bestaand verankeringsmassief: posten 18 tot en met 20. Eventueel te vermeerderen met post 23 bij een extra te plaatsen verlichtingstoestel.
• Voor het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste kreukel palen in volle grond: posten 21 en 22. Eventueel te vermeerderen met post 23 bij een extra te plaatsen verlichtingstoestel.
Alle posten zijn steeds inclusief alle levering van de aannemer en alle werken om zowel de leveringen van de aannemer als deze van het bestuur op te stellen.
B Inwendig verlichte signaleringsinstallaties
Alle specificaties van de te gebruiken materialen en installatievoorschriften zijn omschreven in het ontwerp van Standaardbestek 240, hoofdstuk 10: “Signaleringssystemen langs de wegen”
1 Galgen en portieken
Algemeenheden
Dit betreft de plaatsing, aansluiting en in dienst stelling van volledig uitgeruste galgpalen en portieken en hun bijhorende inwendig verlichte signaleringsborden.
Op te merken valt dat een deel van de door de aannemer te plaatsen materialen geleverd worden door het bestuur zoals omschreven in I.6 en II.2.1.1, het overige deel wordt geleverd door de aannemer zelf zoals omschreven in II.2.1.2.
Galgpalen worden in een funderingsvoet geplaatst.
Op te merken valt dat een deel van de door de aannemer te plaatsen materialen wordt geleverd door de overheid en het overige deel wordt geleverd door de aannemer zelf.
Portalen zijn voorzien van een voetplaat en worden via ankerbouten aan het verankeringmassief bevestigd.
Via een afzonderlijk dienstbevel kan aan de aannemer gevraagd worden om het wegprofiel op te meten ter hoogte van het toekomstige portaal. Deze opmeting wordt ter beschikking gesteld van het bestuur onder de vorm van een tekening van de portiek met de aan te brengen signaleringsborden. Op de tekening zijn alle relevante maten en afmetingen opgegeven (breedtes rijvakken en pechstrook, plaats van de verticale pijlers t.o.v. de zijkant van de rijweg, hoogtes van de verticale pijlers rekening houdende met eventuele niveauverschillen, totale overspanning, plaats van de borden op de horizontale ligger, …). Hiervoor is een post voorzien in de opmeting.
Bij het plaatsen van een portaal kan de aannemer gevraagd worden om ook de verankeringmassieven te voorzien of kan gevraagd worden om het portaal op een bestaand verankeringmassief te bevestigen. Daarom zijn in het bestek aparte posten voorzien voor deze werken. Voor het installeren en aansluiten van de borden op de portalen zijn afzonderlijke posten voorzien.
Verticale steunen worden ondersabeld.:
De “vrije” ruimte onder de voetplaat van verticale steunen voor installaties van wegsignalering geschiedt als volgt:
- de gietmortel wordt opgegoten van binnenuit de verticale steun; hiertoe wordt een opening in het midden van de voetplaat voorzien;
- ten einde de gietmortel voldoende te laten “opkomen”, wordt rondom de voetplaat een waterdichte bekisting aangebracht die steekt minstens 10 mm uitsteekt boven de voetplaat;
- de positionering van de steun geschiedt door middel van regelplaten die mee ingegoten worden. Het afregelen van de steun met stelmoeren op de ankerbouten is verboden.
Alle kosten voor het vervoer en het lossen en het laden van nieuwe borden en bevestigingsbijhorigheden zijn ten laste van de leverancier van de borden.
Alle kosten voor het vervoer en het lossen en het laden van de steunen en de bevestigingsbijhorigheden zijn ten laste van de leverancier van de steunen.
De borden, steunen en bevestigingsbijhorigheden worden bij de leverancier, op kosten van deze laatste, gestapeld tot de levering aan de aannemer of de levering in de magazijnen van EMG. In dit laatste geval heeft de aannemer recht op een km-vergoeding om de borden op de werf te brengen. Enkel de afstand tussen stapelplaats en werf wordt vergoed . Hiervoor zijn posten voorzien in de opmeting.
a Materiaal geleverd door het bestuur
De leveringen door het bestuur omvatten:
- De galgpalen
- de portalen, inclusief de levering van veiligheidsleuningen, veiligheidsboord, ladders en beschermkooien.
- de volledig uitgeruste inwendig verlichte signaleringsborden
- alle bevestigingsbijhorigheden zoals beugels, hulpstukken voor de montage van de borden op portalen of galgen
- de lampen, deze lampen worden afzonderlijk verpakt per levering
- De bevestigingsorganen voor het verankeringmassief van een portaal worden door de aannemerleverancier geleverd.
b 2.1.2 Materiaal leveringen door de aannemer
De posten voor plaatsen van een volledig uitgeruste portaal of galg omvatten de volgende leveringen:
- Het montagekastje (hermetisch, minstens IP44 met doorschijnend niet-verliesbaar deksel; t.h.v. de automatische schakelaar wordt een klapdeksel in het niet-verliesbaar deksel voorzien, de bescherming van de automatische schakelaars dient minstens IP55 te zijn);;
- Een vierpolig automatische schakelaar per bord (de automaten voldoen aan de norm NBN C 61-898, uitschakelcurve C, onderbrekingsvermogen minimum 10.000 A en hebben eveneens een functie van scheider.);
- Een klemmenblok.;
- Een aardingsklem (wordt rechtstreeks in de voet van de steun of de portaal op de montageplaat bevestigd);.
- De bekabeling tussen het klemmenblok van het seinbord en het montagekastje;
- De levering van vet voor het invetten van de sluitschroef van het (de) deurtje(s) ;
- De materialen voor het verankeringsmassief (de berekeningsnota van het verankeringmassief wordt opgesteld door de leverancier van de portalen) of funderingsmassief;
- De levering van resistent vet voor de verankeringsbouten;.
- De doppen om over de verankeringsbouten te plaatsen;
- De beschermbuizen, voor de invoer van de voedingskabels en de aardingsgeleiders, doorheen het funderingsmassief ; de buizen worden ingeleid tot op een hoogte van 25 cm boven het maaiveld ;
- De thermokrimpende kabeleindmoffen op het uiteinde van de voedingskabels;
- Kenplaatje;
- De verf nodig voor de portaal- of galgnummering;
- Alle andere leveringen niet uitdrukkelijk hiervoor vermeld om het portaal bedrijfsklaar op te stellen.
c 2.1.3 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van galgpalen
De posten voor plaatsen van een volledig uitgeruste galgpaal omvatten de volgende werken:
- Het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van alle geleverde materialen van bestuur en aannemer, izoals vermeld in 2.1.1 en 2.1.2 Inclusief de leveringen van het funderingsmassief;.
- Het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van de borden en alle bijhorende bevestigingsmaterialen voor montage op het portaal;.
- Het monteren van de lampen;.
- Het leveren en aanbrengen van alle benodigde bekabeling en andere leveringen om het geheel bedrijfsklaar op te stellen;.
- Geheel der werken en leveringen voor het vervaardigen van een funderingsmassief. De verwezenlijking van de paalputten is inbegrepen.
d 2.1.4 Plaatsing, aansluiting en indienststelling van portalen
De posten voor plaatsen van een volledig uitgeruste portaal omvatten hde volgende werken:
Het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van alle geleverde materialen van bestuur en aannemer, zoals vermeld in 2.1.1 en 2.1.2 Incluinclusief het samenbouwen en monteren van het portaal (2 steunen en een dragende ligger) en het samenbouwen en monteren van de veiligheidsleuningen, veiligheidsboord, ladders en beschermkooien..
De posten voor plaatsen en aansluiten van de inwendig verlichte borden omvatten de volgende werken:
- Het plaatsen, aansluiten en in dienst stellen van de borden en alle bijhorende bevestigingsmaterialen voor montage op het portaal.
- Het monteren van de lampen.
- Het leveren en aanbrengen van alle benodigde bekabeling en andere leveringen om het geheel bedrijfsklaar op te stellen.
Indien er verankeringmassieven dienen te worden geplaatst wordt dit afzonderlijk vergoed volgens de daartoe voorziene post in de samenvattende opmeting :
“Geheel der werken en leveringen voor het vervaardigen van een verankeringmassief”. Dit omvat zowel de levering van het beton als de bewapening, doch exclusief de bevestigingsorganen voor het verankeringmassief van het portaal. De verwezenlijking van de paalputten is inbegrepen.
2 Vervanging van een inwendig verlicht bord
Dit betreft het demonteren van een bestaand bord. Dit bord wordt door de aannemerinstallateur naar het werkhuis van de aannemerleverancier gevoerd die de seinplaat vervangt. Het aangepaste bord wordt door de aannemerinstallateur opnieuw naar zijn bestemming gebracht en geïnstalleerd op de bestaande portaal of fronton.
Alle kosten voor het transport en het lossen en laden zijn begrepen in de prijs voor het vervangen van het inwendig verlicht bord.
De gehele operatie met inbegrip van de demontage van het bord en het terug monteren van de borden dient in maximaal 7 werkdagen door de aannemerinstallateur te worden uitgevoerd. Daartoe dient de aannemerinstallateur met de aannemerleverancier contact op te nemen om de werken te coördineren.
3 Lichtzuilen / lichtnagels
De lichtende zuilen zijn van het type met elektrische apparatuur verzonken in het betonnen voetstuk.
De lichtende zuilen bevatten aan de top geen inwendig verlicht retro-reflecterend verkeersteken of -bord dat met de lichtende zuil een geheel vormt. De levering van een lichtende zuil bevat eveneens de levering van de volledige elektrische uitrusting en de lamp.
C Voedingskast laagspanningsuitrusting
De LS-voedingskasten voldoen aan de beschrijving in standaardbestek 240 Hoofdstuk 9 § 3.3.
De uitrusting van een voedingskast type A of D met beperkte uitrusting komt overeen met figuur EMB06/3311 terug te vinden in standaardbestek 240 hoofdstuk 9 § 3.3. LS-voedingskasten.
De elektrische uitrusting is volledig opgesteld in de rechterhelft van de voedingskast. De linkerhelft blijft vrij en wordt enkel uitgerust met een bevestigingsplaat in kunststof of een bevestigingsraam met DIN-rail om de distibutienetbeheerder toe te laten zijn aansluit- en meetapparatuur te plaatsen.
De voedingskast in synthetisch materiaal, versterkt met polyester, wordt samengesteld met onder meer hiernavolgende elementen:
- een voetstuk;
- een bevestigingsraam met de elektrische uitrusting zoals beschreven in het standaardbestek 240 hoofdstuk
9 § 3.3. LS-voedingskasten;
- een bevestigingsplaat of -raam voor de plaatsing van de aansluitings- en meetapparatuur van de elektriciteitsmaatschappij;
- buizen voor het realiseren van de nodige kabelverbinding tussen voedingskast en verkeersregelaar;
- zand, mager beton en kunststofschuim voor het opvullen en afwerken van het voetstuk.
De mantel van de voedingskast is adequaat tegen graffiti behandeld. Bij elke levering wordt een attest van behandeling bijgevoegd.
De levering en de plaatsing van deze samenstellende onderdelen, behalve het voetstuk, is begrepen in de levering en de opstelling van de voedingskast.
Wanneer de voedingskast in naakt terrein staat wordt een verharding aangebracht in de vorm van betontegels. De betegeling aan de voorkant van de kast is 60cm breed, en 30cm aan de zijkanten en achterkant. De betegeling wordt afzonderlijk vergoed volgens de beschikbare posten in deze aanneming.
D Kabellegging
1 Algemeen
De aannemer staat in voor het plaatsen van de nodige signalisatie. Het plaatsen van de signalisatie voor de kabelwerken is een last van de aanneming.
2 Sleuven
De posten van de opmeting voor het ingraven van een kabel of een buis op een bepaalde diepte onder het omliggende maaiveld zijn geldig voor het leggen van één kabel of buis met een buitendiameter kleiner dan of gelijk aan 160 mm, samen met een eventuele aardingsgeleider.
Met maaiveld wordt de hoogte van het wegdek bedoeld of de hoogte van het omliggende land indien dit lager dan het wegdek ligt.
De aannemer legt standaard de kabels op een diepte van 0,7m onder het maaiveld.
De vergoeding van de graafwerken is onafhankelijk van de grondsoort, het graven in volle of losse grond, de plaats waar dient gegraven te worden of de begroeiing. De posten van de samenvattende opmetingstaat omvat:
- het graven van een sleuf in grond van willekeurige aard, met inbegrip van het eventueel plaatsen van stutbalken;
- het aanbrengen van de laag fijne aarde van ongeveer 0,10 m dikte op de bodem van de sleuf.
- het plaatsen van 1 kabel of buis met een binnendiameter kleiner dan of gelijk aan 160 mm samen met een eventuele aardingsgeleider;
- het leveren en plaatsen van de kabelafdekband en verwittigingslint;
- het terug opvullen van de sleuf in opeenvolgende lagen van ongeveer 0,20 m en het aanstampen van deze lagen, zonder afval of stenen;
- het verwijderen van de stenen;
- het volledig terug in orde brengen van het terrein met inbegrip van het vervangen van eventueel beschadigde beplanting en het herzaaien van de grasperken;
- het perfect in orde stellen van de plaatsen;
- het afvoeren en reglementair storten van puin of ander afval;.
- Sluiten/afdekken en afschermen van openliggende sleuven binnen de bebouwde kom voor toegangen naar aangelanden.
De supplementen voor het aanbrengen van een bijkomende kabel of buis met een buitendiameter kleiner of gelijk aan 160 mm omvatten alle montagewerken voor het leggen van deze kabel of buis zoals hierboven beschreven. Er wordt evenwel slechts 1 verwittigingslint aangebracht per bundels kabels of buizen. De aannemer kan de breedte van de afdekband aanpassen naargelang het aantal kabels in de sleuf, ten allen tijde dienen alle kabels die in een zelfde sleuf zijn gebracht beschermd te zijn door een afdekband.
Voor het wegnemen en terug herstellen van een wegbekleding zijn aparte posten voorzien. De aan te rekenen hoogte voor het ingraven van een kabel of buis is exclusief de hoogte van de bovenliggende wegbekleding.
Indien de kabel niet op een diepte van 0.7m onder het maaiveld kan worden gelegd contacteert de aannemer de overheid die beslist of er extra maatregelingen ter bescherming van de kabel dienen te worden genomen. Dit kan er uit bestaan dat de kabel in een beschermbuis dient te worden gelegd of dat er U-ijzers of vlakplaatijzer boven de kabel dient te worden geplaatst. Voor deze werken en leveringen zijn aparte posten voorzien.
Alle beplantingen die binnen een periode van 6 maand na het herplanten en/of het beëindigen van de kabellegging zijn afgestorven, moeten door de aannemer vervangen worden door nieuwe gelijkaardige beplantingen zonder dat hij op enige vergoeding aanspraak kan maken.
Het staat de aannemer vrij voor de graafwerken de werktuigen te kiezen die hem het best geschikt lijken, rekening houdend met de plaatselijke omstandigheden.
De posten 76 tot 78 van de opmeting voor het ingraven van kabels zijn eveneens van toepassing voor het verwijderen van kabels, ongeacht hun aantal.
3 Trekken van kabels
Het trekken van het geheel der voedingsdraden (of -kabels) en aardingsgeleiders vanaf het klemmenblok tot de toestellen is begrepen in de posten voor de montage van de toestellen zelf.
De in rekening te brengen lengte voor het trekken van kabels of draden doorheen ondergrondse en bovengrondse buizen is gelijk aan de totale lengte van de buizen.
De post 80 van de opmeting voor het trekken van kabels doorheen buizen is eveneens van toepassing voor het uittrekken van kabels, ongeacht hun aantal.
Het ontstoppen en eventueel reinigen van een (wacht-)buis is in de post van de samenvattende opmetingsstaat voor het trekken van een kabel in een buis begrepen.
Na het trekken van kabels worden de buizen terug afgedicht met een aangepaste stop. De vergoeding van alle werken en leveringen voor het afstoppen van buizen (onafhankelijk de diameter en plaats) met een passende stop is vervat in de post trekken van kabels en buizen. De stop dient duurzaam te zijn zodat de wachtbuis in de loop der jaren niet kan dichtslibben, doch de stop dient eenvoudig verwijderbaar te zijn.
4 Kabeldoorgang onder een wegdek
De kostprijs voor het aanleggen van een kabeldoorgang onder een wegdek is onafhankelijk van de grondsoort aanwezig onder het wegdek en omvat:
- het stuwen of het boren van de kabeldoorgang of een geleide boring;
- het leveren en aanbrengen van een beschermbuis met aangepaste diameter;
- het plaatsen van een trekkabel;
- het terug afsluiten van de uiteinden van de buis met een gepaste stop.
De prijs voor het graven van de putten aan weerszijden van de weg ter hoogte van de kabeldoorgang omvat:
- het graven van de putten;
- het aanvullen en aandammen van de putten in opeenvolgende lagen;
- het perfect in orde stellen van de plaatsen (leveren en aanbrengen van graszaad is inbegrepen, opbreken en herstellen van wegbekleding is niet inbegrepen)
- het reglementair afvoeren en storten van puin of ander afval.
De prestaties omvatten in het geval van een geleide boring het leveren en plaatsen in deze boringen van een HDPE buis.
Wanneer door de aard of samenstelling van de ondergrond het boren of stuwen onder het wegdek onmogelijk is, - hierover beslist alleen de projectingenieur - wordt het aanbrengen van de kabeldoorgang in rekening gebracht zoals het graven van een gewone sleuf, rekening houdend met de voorziene supplementen voor het verwijderen en herleggen van de wegbekleding.
Een mislukte boring wordt niet vergoed.
De in rekening te brengen geboorde lengte wordt bepaald door de recht horizontale afstand te meten tussen begin en eindpunt van de boorgaten.
5 Maken van een onderwaterboring of een boring onder een spoorweg
In de prijs voor het maken van een onderwaterboring of een boring onder de spoorweg zijn alle werken en leveringen, met uitzondering van de kabel, inbegrepen. Een mislukte boring wordt niet afzonderlijk vergoed. In de opmeting van de kabel wordt de horizontale afstand tussen de plaats waar de kabel in de grond wordt gebracht en de plaats waar de kabel terug bovenkomt in rekening gebracht. Het leveren en plaatsen van eventuele betonnen trekputten wordt afzonderlijk vergoed. Het verlengen van de naadloze buis tot in de betonnen trekputten wordt afzonderlijk vergoed.
6 Verbindingsmoffen, aardingen
Voor verbindingsmoffen (dmv krimpkousen) wordt verwezen naar standaardbestek 240 Hfdst 5 par. 2.12
Wanneer een verbindingsmof dient aangebracht te worden ter hoogte van een door de aanbestedende overheid aangeduide bestaande kabelsectie, bevatten de posten van de opmeting voor het aanbrengen van deze verbindingsmof ook het graven van eventuele nutteloze putten, het aanvullen ervan en het perfect in orde stellen van de plaatsen. Het plaatsen van verbindingsmoffen wordt afzonderlijk vergoed volgens de posten van de samenvattende opmeting. De werken dienen te allen tijde uitgevoerd te worden onder droge omstandigheden (onder tent of paraplu).
De aardingen zijn samengesteld zoals beschreven in het type-bestek 400 - deel B.01 k.1.4. aardingen
7 Opbreken en heraanleggen van wegbekleding
In de posten van de samenvattende opmetingsstaat voor het wegnemen en heraanleggen van (weg)bekledingen zijn alle leveringen en werken voor het herleggen van (weg)bekledingen en de onderlagen inbegrepen. Dit geldt tevens voor de levering van de elementen beschadigd tijdens het opbreken; hergebruik van dallen is niet toegelaten.
De heraanleg dient te gebeuren volgens de voorwaarden van de plaatselijke overheid. Hiertoe dient de aannemer zich in contact te stellen met de technische dienst van de betreffende gemeente.
Bij het opbreken van een doorlopende wegbekleding worden de randen van de sleuf vooraf gemarkeerd door het aanbrengen van een zaagsnede met een diepte van min. 5 cm.
8 Kruising van kabels, buizen of andere obstructies
Het ingraven van kabels of buizen op plaatsen waar andere kabels, buizen of andere obstructies van eender welke afmeting of aard worden gekruist geeft geen aanleiding tot een supplement.
E Demontage
De demontage van een willekeurig element (paal, portiek, galg, lichtzuil, …) omvat het wegnemen van alle bijhorigheden of stukken (verlichtingstoestel met de lamp, de bekabeling en de bedrading, de voorschakelapparatuur, verlichte borden, fundering, …), die deel uitmaken van dit element.
De demontage van het element en zijn toebehoren gebeurt op een zodanige manier dat alle materialen kunnen worden herbruikt.
De posten voor de demontage is inclusief het verwijderen van het funderingsbeton uit de paal- of steunput en het heraanvullen van de put met zand of aarde (vrij van stenen) en een bovenste laag van 0.5 meter teelaarde. Indien de put zich in een omgeving van volle grond bevindt wordt gras gezaaid (de levering van graszaad is inbegrepen). Indien de put omgeven is door een wegbekleding wordt deze zelfde wegbekleding aangelegd. In dit geval wordt de aannemer vergoed volgens de posten van samenvattende opmeting, betreffende plaatsing van wegbekledingen.
Voor palen of portalen op voetplaat bevat de demontage het reinigen en het afschermen van de ankerbouten, zodat geen roestvorming kan optreden.
Indien het verankeringmassief niet herbruikt wordt, wordt deze verwijderd. In dit geval wordt de aannemer vergoed volgens de voorziene post van de samenvattende opmeting, betreffende verwijdering van een verankeringmassief.
De ondergrondse geleiders worden enkel weggenomen op vraag van de projectingenieur. In dit geval wordt de aannemer vergoed volgens de posten van samenvattende opmeting, betreffende de onderaardse plaatsing van kabels.
Voor een muurconsole omvat de demontage daarenboven specifiek het wegnemen van de kastjes en de beschermbuizen van de aansluitleidingen.
Alle verwijderde materialen worden gerecupereerd en herbruikt volgens de aanwijzigingen van het bestuur. Deze materialen worden door de aannemer grondig gereinigd en nagezien op eventuele defecten.
Betonnen verlichtingspalen worden niet gerecupereerd.
Al de materialen zonder handelswaarde, waar alleen de leidende ambtenaar of zijn afgevaardigde over oordeelt, worden eigendom van de aannemer. Deze laatste levert de nodige bewijzen dat alle materialen vernietigd werden. Vernietigen en storten gebeurt na uitnodiging van het bestuur en is een last van de aanneming en wordt door het bestuur niet afzonderlijk vergoed.
De niet herbruikte materialen met handelswaarde worden geleverd in de magazijnen van EMG.
De leveringen mogen pas gebeuren na akkoord van de leidende ambtenaar of zijn afgevaardigde. Tot het moment van de levering is de aannemer verantwoordelijk voor het materiaal. Het materiaal beschadigd tijdens de werken wordt door de aannemer vervangen of hersteld. Het laden en het transport van de materialen naar de magazijnen of de stortplaatsen, evenals het lossen en stapelen van het materiaal in de magazijnen en het storten op de stortplaatsen is een last van de aanneming en wordt door het bestuur niet afzonderlijk vergoed.
F Allerlei
1 Opmaken van uitvoeringsplannen
Voor het opmaken en verdelen van de definitieve uitvoeringsplans wordt de aannemer niet afzonderlijk vergoed, dit is een last van de aanneming. De installaties van verkeerslichten, inwendig verlichte signalering of bi-flashes worden digitaal in autocad opgemaakt. Goedgekeurde plans worden zowel digitaal (op CD-rom) als in papiervorm (in 2-voud) verstuurd naar de overheid.
De overheid kan beslissen om voort te bouwen op reeds bestaande digitale plannen. Deze plans worden in dit geval geleverd door de overheid. Het opmaken van de definitieve plans voortbouwende op reeds bestaande digitale plannen is eveneens een last van de aanneming.
Indien de overheid beslist om voort te bouwen op bestaande niet-digitale plannen, verkrijgt de aannemer een vergoeding voor het digitaliseren in autocad van dit bestaande plan.
Alle details en voorschriften betreffende de opmaak van uitvoeringsplans zijn te vinden in Hoofdstuk 3 - artikel 4§2 van dit bestek.
2 Vervoerkosten
Vervoerkosten worden vergoed per kilometer, en als volgt in rekening gebracht:
- Voor transport van materialen die geleverd worden door de overheid wordt de aannemer enkel vergoed voor het traject te rekenen vanaf de plaats van afhaling der materialen tot de plaats van levering, door de aanbestedende overheid opgelegd in de bestelbrief.
- De posten voor het vervoer bevatten eveneens de kosten voor de chauffeur, het laden, lossen, uitpakken en stapelen van het materiaal.
De aannemer is er echter toe gehouden voor elke vervoerbeurt contact op te nemen met de projectingenieur en hem/haar om zijn goedkeuring te vragen. Slechts na de goedkeuring mag de aannemer de betrokken vervoerkosten in rekening brengen.
Met zijn goedkeuring bepaalt de projectingenieur eveneens volgens welke post van de samenvattende opmeting, de aannemer zal vergoed worden.
De grote borden afmetingen vanaf 4.000 x 4.000 mm, waarvoor een speciaal vervoer vereist is volgens de specificaties van het verkeersreglement, worden door de aanbestedende overheid op de werf geleverd, tenzij de aanbestedende overheid de aannemer hiermee gelast.
Enkel voor bijzonder transport waarvoor een speciale vergunning nodig is, heeft de aannemer recht op een supplementaire vergoeding; dit supplement heeft betrekking op de prijzen van levering of montage, waarin de gewone vervoerkosten vervat zijn. Het supplement omvat alle bijkomende verplichtingen van het bijzonder transport, ten overstaan van een gewoon transport.
De aannemer is er toe gehouden, telkens wanneer de aanbestedende overheid hierom vraagt, een elevator of hefkraan ter beschikking te stellen. Hij wordt hiervoor vergoed per uur dat de elevator ter beschikking staat van de aanbestedende overheid.
3 Uurloon + Werken uit te voeren buiten de gewone dienstregeling
De posten in de samenvattende opmeting voor uurloon kunnen slechts in rekening gebracht worden, indien voorafgaandelijk de goedkeuring werd bekomen van de projectingenieur voor het uitvoeren van de overeenkomstige prestaties.
Indien in opdracht van het bestuur werken dienen te worden uitgevoerd buiten de gewone diensturen dan wordt de aannemer hiervoor vergoed via een toeslag op deze effectief gepresteerde uren. Deze bedraagt 50% van de post voorzien voor uurloon van de opmeting voor werken vanaf 21h tot 6h op werkdagen en 100% van de post voorzien voor uurloon van de opmeting voor werken van 0h tot 24h op zater-, zon- en feestdagen.
4 Schilderen van identificatienummers
Tijdens de schilderwerken moeten alle nummers die ter identificatie op palen, steunen of op de lichtende zuilen zijn aangebracht, geschilderd worden, na opdroging van de eindlaag.
De nummering dient aangebracht te worden met een cijfermal, de cijferhoogte is 10 cm voor de autowegen en autosnelwegen en is 7 cm voor de gewestwegen. De afstand tussen de cijfers is ongeveer
3 cm.
Verlichtingspalen opgesteld in een middenberm worden dubbelzijdig genummerd, de overige enkelzijdig.
Het nummeren gebeurd op volgende wijze:
C
C
C
K
Z
Z
CCC : cabinenummer
K : A,B,C, (kenletter voor de kring)
ZZ : Paalnummer
De nummering op de lichtende zuilen wordt op dezelfde wijze uitgevoerd als op de palen, doch er wordt geen basisvlak geschilderd over de bestaande nummering.
De nummering van nieuw te plaatsen steunen, portalen of lichtzuilen is inbegrepen in hun plaatsingskost. Indien bestaande palen dienen te worden hernummerd wordt de nummering afzonderlijk verrekend per nummering, inclusief het verwijderen van de oorspronkelijke nummering.
De identificatienummers zijn in RAL 9005 (zwart).
De projectingenieur kan echter van de vermelde kleuren afwijken door ze te specifiëren in de bestelbrief.
5 Coördinatie
De aannemer dient van zodra een dienstbevel wordt uitgeschreven alle maatregelen te treffen om een vlotte coördinatie te verwezenlijken met gelijktijdige aannemingen (o.a. wegeniswerken, aanpassing- of vernieuwingswerken op de kruispunten, aanpassen of vervangen van een verkeersregelaar, …). De aannemer wordt erop gewezen dat hij de onderrichtingen van het bestuur strikt dient na te leven, zijn werf moet organiseren als een goede huisvader en de voorzichtigheids- en zorgvuldigheidsverplichtingen in acht moet nemen.
Zo zal de aannemer onder meer het bestuur tijdig inlichten in zake moeilijkheden of gebeurtenissen welke een optimale coördinatie in het gedrang zouden kunnen brengen. Het leggen van de nodige contacten met de betrokken derden wordt beschouwd als een contractuele verplichting van de opdracht. De onkosten voor deze coördinatie en eventuele onkosten die voortspruiten uit de nalatigheid van de aannemer zijn een last van de aanneming.
De prestaties van de aannemer, betreffende de coördinatie, maken integraal deel uit van de aanneming en zijn begrepen in de prijzen van de overige prestaties van de samenvattende opmeting.
6 Aansluiting op het net van de distributienetbeheerders
De keuze van de stroomleverancier geschiedt in het raam van het contract die hiertoe tussen het Vlaamse Gewest en de stroomleverancier(s) afgesloten zijn. De aanbestedende overheid doet het nodige om de aansluiting aan te vragen.
7 Keuring
De aannemer doet het nodige voor de keuring door een erkend controleorganisme.
De aannemer betaalt het controleorganisme. Het aan de aanbestedende overheid in rekening te brengen bedrag is gelijk aan het bedrag betaald aan het controleorganisme zonder BTW; het aldus bekomen bedrag wordt met maximum 10% verhoogd om rekening te houden met de algemene onkosten en aannemingswinst. Eventuele herkeuringskosten zijn ten laste van de aannemer.
Ter staving van het in rekening gebracht bedrag voegt de aannemer een fotokopie van de factuur van het controleorganisme bij zijn betalingsaanvraag.
De aannemer mag geen andere prestaties dan de hierboven vermelde in rekening brengen.
ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN
A. Bepalingen van de algemene aannemingsvoorwaarden (AAV) voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor concessies voor openbare werken (bijlage bij het koninklijk besluit van 26.09.1996) waarvan wordt afgeweken
Nihil
B. Administratieve voorschriften als aanvullingen van het koninklijk besluit van 08.01.1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken
De aanvullingen in onderhavig bestek betreffen volgende artikels:
4. art. 17 en 19 : Kwalitatieve selectie (werken)
5. art. 90 : Vermeldingen in inschrijving
6. art. 104 : Indienen offertes
7. art. 111, 112 en 113 : Rangschikking van de inschrijvingen
C. Koninklijk besluit van 26.09.1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken en de bijlage bij dit besluit (algemene aannemingsvoorwaarden voor de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken)
C.1. Administratieve voorschriften als aanvullingen van het KB van 26.09.1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels (AUR) van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken
De aanvullingen in onderhavig bestek betreffen volgende artikels:
8. art. 2 : Contractuele documenten
C.2. Administratieve voorschriften als aanvullingen van de bijlage bij het KB van 26.09.1996: algemene aannemingsvoorwaarden (AAV) voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken
De aanvullingen in onderhavig bestek betreffen volgende artikels:
9. art. 4 § 2 : Detail- en werktekeningen opgemaakt door aannemer
10. art 13 : Modaliteiten voor de prijsherziening
11. art. 15 § 1 : Betaling van de werken
12. art. 20 § 4 : Straffen
13. art. 28 § 1 : Bevel tot uitvoering en leiding van de werken
14. art. 42 § 2 : Onvoorziene werken
15. art. 43 § 2 : Voorlopige oplevering
16. art. 48 : Boeten
17. art. 52 § 1 : Minimale hoeveelheden
18. art. 52 § 3 : Leveringstermijnen
B. Administratieve voorschriften als aanvullingen van het koninklijk besluit van 08.01.1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken
Artikel 17 en 19: Kwalitatieve selectie
Artikel 17
De inschrijver toont aan dat hij zich niet in een toestand van uitsluiting volgens art. 17 bevindt, door het voorleggen van:
□ voor wat betreft art. 17, 1° tot 3°: een uittreksel uit het strafregister of een evenwaardig document uitgereikt door een gerechtelijke of een overheidsinstantie van het land van oorsprong of herkomst en waaruit blijkt dat aan de gestelde eisen is voldaan;
□ voor wat betreft art. 17, 5° of 6°: een getuigschrift uitgereikt door de bevoegde overheid van het betrokken land.
Artikel 19
De inschrijver toont zijn technische bekwaamheid aan door:
□ Het voorleggen van studie- en beroepskwalificaties van de dienstverlener en/of van het ondernemingskader en, in het bijzonder, van de verantwoordelijke(n) voor de uitvoering van de werken.
□ Een verklaring die de gemiddelde jaarlijkse personeelsbezetting van de onderneming en de omvang van het kader weergeeft tijdens de laatste drie jaren.
□ Het voorleggen van de lijst van de werken uitgevoerd tijdens de laatste vijf jaar, en gestaafd door minimum 3 getuigschriften van goede uitvoering voor de belangrijkste werken met een minimum bedrag van 250.000€. Deze getuigschriften bevatten het bedrag, het tijdstip en de plaats van de uitvoering en geven duidelijk weer of deze uitgevoerd werden volgens de regels van de kunst en of ze op regelmatige wijze tot een goed einde werden gebracht.
□ Een verklaring die de werktuigen, het materieel en de technische uitrusting vermeldt waarover de dienstverlener zal beschikken voor de uitvoering van het werk.
□ Een verklaring waarin de technici of de technische diensten vermeld worden die, al dan niet deel uitmakend van de onderneming, ter beschikking zullen staan van de aannemer voor de uitvoering van het werk
Artikel 90: Vermeldingen in de inschrijving
Artikel 90 §1
A Erkenning
De aannemer moet voldoen aan de voorwaarden tot erkenning in de ondercategorie P2 en de aanbestedende overheid is van oordeel dat de werken tot de klasse 5 behoren.
B Registratie als aannemer
De aannemer van werken moet geregistreerd zijn.
Artikel 90 §2
Modellen en documenten
Vanaf de dag van indienen van zijn inschrijving, houdt de inschrijver volgende modellen en documenten ter beschikking van de aanbestedende overheid:
• de gehele te leveren electrische uitrusting voor montage in de voet van een paal, zoals een volledig klemmenblok, montagekastje voor klemmenblok, de automaten en het kastje voor deze automaten, de aardingsklem;
• de voedingskabels, aardingsgeleider, kabelafdekband, verwittigingslint, HDPE-buis PN6, flexibele PE-buis PN6;
• aardingsstaaf en aardingsonderbreker;
• een verbindingsmof en een eindmof;
• een lichtzuil en een lichtnagel met verzonken elektrische uitrusting;
• een lege voedingkast type A en een voedingskast type D met volledige uitrusting;
• een plan met elektrisch schema, opstelling van de apparatuur en materiaallijst van een voedingskast type A & D.
De volledige Nederlandstalige beschrijving van de materialen dient te worden bijgevoegd.
Artikel 104: Indienen offertes
1. Indiening van de inschrijvingen
De inschrijving en de samenvattende opmetingstaat moeten aan de afdeling Elektriciteit en Mechanica Gent, Elfjulistraat 41 te 9000 GENT gezonden worden.
De aanbestedende overheid vestigt de aandacht van de inschrijvers op de wijze van inschrijven volgens art. 104 van het KB van 08.01.1996.
2. Samenstelling van de inschrijving
Inzake de vorm en de inhoud van de inschrijving gelden de bepalingen van de artikels 89 en 90 van het KB van 08.01.1996 alsook de bijkomende bepalingen van onderhavig bestek.
Een regelmatige inschrijving omvat een inschrijvingsbiljet, een samenvattende opmetingsstaat en bijlagen. Eventuele bijkomende bijlagen worden in een afzonderlijk deel van de inschrijving opgenomen en doorlopend genummerd vanaf het nummer 101.
De inschrijving wordt voorzien van een algemene inhoudstafel waarop de nummers van alle bijlagen worden vermeld De inschrijving wordt gebundeld met behulp van “tabbladen” waarop de nummers van de bijlagen worden vermeld. Wanneer een bijlage toch niet zou vervat zijn in de inschrijving, dient deze vervangen te worden door een blad met het volgnummer en de omschrijving van de bijlage en met de vermelding "NIHIL".
3. Onderrichtingen inzake de bijlagen
Bijlage 1: Lijst van de te verwerken materialen
Deze bijlage betreft de gegevens inzake de te verwerken materialen die niet van oorsprong zijn uit de lidstaten van de Europese Unie (opgave post per post).
Bijlage 2: Bewijs van bevoegdheid
De bijlage betreft het rechtsgeldig bewijs dat de perso(o)n(en)die het inschrijvingsbiljet ondertekende(n) op de datum van de opening van de inschrijvingen gemachtigd is (zijn) om namens de INSCHRIJVER een bindende offerte in te dienen, conform artikel 94 van het KB van 08.01.1996.
Bijlage 3: Gegevens inzake de toestand van niet uitsluiting
De bijlage omvat de bewijsstukken die gevraagd worden in artikel 17 van het KB 08.01.1996, die aantonen dat de aannemer zich niet in een toestand van uitsluiting bevindt.
Bijlage 4: Gegevens inzake de technische bekwaamheid van de aannemer
De bijlage omvat de bewijsstukken die gevraagd worden in artikel 19 van het KB 08.01.1996 of zoals nader bepaald in dit bestek, die de technische bekwaamheid van de aannemer aantonen.
Bijlage 5: Prijsberekening van de door het veiligheids- en gezondheidsplan bepaalde preventiemaatregelen
De kandidaten voegen bij hun offerte een afzonderlijke prijsberekening in verband met de door het veiligheids- en gezondheidsplan bepaalde preventiemaatregelen en –middelen, inbegrepen de buitengewone individuele beschermingsmaatregelen.
Bijlage 6: Plan van aanpak, zoals gevraagd in het Veiligheids- en Gezondheidsplan
De kandidaten voegen bij hun offerte een document dat verwijst naar het veiligheids- en gezondheidsplan en waarin zij beschrijven op welke wijze zij het bouwwerk zullen uitvoeren om rekening te houden met dit veiligheids- en gezondheidsplan.
Bijlage 7: De verbintenis inzake de beschikbaarheid van het personeel
Deze bijlage betreft een ondertekende verklaring van de inschrijver waarmee hij er zich toe verbindt om, in geval de opdracht aan hem wordt toegewezen, het nodige en/of het voorgestelde personeel voor de goede en vlotte uitvoering van bestellingen inzake alle deelopdrachten daadwerkelijk en tijdig ter beschikking te stellen.
Deze verbintenis heeft, afhankelijk van de deelopdracht, betrekking op personeel dat werkzaam is hetzij in zijn eigen firma, hetzij bij zijn onderaannemers, hetzij bij zijn leveranciers en/of bij de constructeurs van de uitrusting, en houdt rekening met de vereiste bekwaamheidsgraden van de titularissen en de reservisten voor de onderscheiden personeelskwalificaties.
Bijlage 8: Eerste beschrijving van de projectorganisatie
Deze bijlage omvat een ontwerp van de beschrijving van de projectorganisatie zoals omschreven in deel I Algemeenheden – Kwaliteitsborgingssysteem.
Bijlage 9: verklaring in verband met de keuze van het materiaal van de verlichtingspalen
Deze bijlage omvat een document waarin de aannemer een keuze maakt tussen betonpalen of metalen palen.
Bijlage 10: rekennota’s en ontwerpplannen van de gestandaardiseerde verlichtingspalen
Deze bijalge omvat de rekennota’s en ontwerpplannen van de gestandaardiseerde verlichtingspalen zoals gevraagd in paragraaf 1.1.3. Deze offerte moet bijgevoegd zijn, op straffe van nietigheid van de offerte.
Artikel 111, 112 en 113 : Rangschikking van de inschrijvingen
De rangschikking van de inschrijvingen gebeurt op basis van het totaal inschrijvingsbedrag van de samenvattende opmeting gevoegd bij de inschrijving, door de eenheidsprijzen, aangeduid door de inschrijver, van de verschillende posten, te vermenigvuldigen met de overeenstemmende hoeveelheden bepaald door de aanbestedende overheid en na toevoeging van de BTW.
C ADMINISTRATIEVE VOORSCHRIFTEN ALS AANVULLINGEN VAN HET KB VAN 26.9.1996 TOT BEPALING VAN DE ALGEMENE UITVOERINGSREGELS VAN DE OVERHEIDS-OPDRACHTEN EN VAN DE CONCESSIES VOOR OPENBARE WERKEN EN DE BIJLAGE : ALGEMENE AANNEMINGSVOORWAARDEN VOOR DE OVERHEIDSOPDRACHTEN VOOR AANNEMING VAN WERKEN, LEVERINGEN EN DIENSTEN EN VOOR DE CONCESSIES VAN OPENBARE WERKEN
C.1 Administratieve voorschriften als aanvullingen van het KB van 26.09.1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels (AUR) van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken
Artikel 2 – Contractuele documenten
1. Standaardbestek 240 van 2004 betreffende de mechanische en elektrische installaties en uitrustingen voor telecommunicatie
deel I - Algemene Administratieve en Contractuele Bepalingen - goedgekeurd op 12.07.2004 – prijs: 5 euro.[1].
1. Standaardbestek 240 van 1998 betreffende de mechanische en elektrische installaties en uitrustingen voor telecommunicatie1
deel II – Technische voorschriften, bestaande uit de hierna vermelde afzonderlijke delen:
|Hoofdstuk |Betreft |Versie goedgekeurd op of|Prijs |
| | |editienummer | |
|1 |Algemene bepalingen |05.03.2002 |1,00 euro |
|2 |Mechanica in het algemeen |240.202.02 |40,00 euro |
|4 |Bescherming tegen corrosie |25.04.2002 |3,00 euro |
|6 |Processturingen |05.03.2002 |5,00 euro |
|8 |Elektrische lichtbronnen |240.208.02 |10,00 euro |
|9 |Wegverlichting |240.209.02 |40,00 euro |
|10 |Singaleringssystemen langs de wegen |240.210.02 |75,00 euro |
|11 |Werkingsprincipes van beweegbare kunstwerken |28.02.2003 |7,00 euro |
|12 |Oleohydraulica |240.212.02 |10,00 euro |
|14 |Hefwerktuigen |25.04.2002 |5,00 euro |
|15 |Elektrische slagbomen, poorten en deuren |25.04.2002 |1,00 euro |
| | | | |
2. Standaardbestek 240 van 1998 betreffende de mechanische en elektrische installaties en uitrustingen voor telecommunicatie[2]
deel II – Technische voorschriften, bestaande uit de hierna vermelde afzonderlijke delen:
|Hoofdstuk |Betreft |Goedgekeurd op |Prijs |
|3 |Elektrische machines en apparatuur |28.01.1999 |2,45 euro |
|Deel 0 |Algemene bepalingen | | |
|Deel 1 |Statische machines | | |
|5 |Elektrische leidingen |09.04.2002 |1,00 euro |
| | | | |
3. Ontwerp van standaardbestek 240 van 1998 betreffende de mechanische en elektrische installaties en uitrustingen van telecommunicatie2
deel II – Technische voorschriften, bestaande uit de hierna vermelde afzonderlijke delen:
|Hoofdstuk |Betreft |Versie |
|3 | |Elektrische machines en apparatuur | |
| |3.2 |Roterende machines |26.08.2003 |
| |3.3 |Hoogspanningstoestellen |15.05.2002 |
| |3.4 |Laagspanningstoestellen |23.07.2002 |
| |3.5 |Hoogspanningsschakel- en verdeelinrichtingen |22.01.2001 |
| |3.6 |Laagspanningsschakel- en verdeelinrichtingen |10.06.2002 |
| |3.10 |Diverse elektrische apparatuur |15.05.2002 |
|16 | |Elektrische installaties in gebouwen | |
| |16.4 |Bedieningstoestellen en contactdozen |25.06.2003 |
| |16.5 |Bliksembeveiligingsinstallaties |25.06.2003 |
| | | | |
4. Type-bestek 400 van 1954: Algemene technische en contractuele bepalingen, bestaande uit de hierna vermelde delen die afzonderlijk te koop zijn gesteld 1 :
|Deel |Betreft |Goedgekeurd op |Prijs |
|400.B.01 |Elektriciteit in het algemeen (hoofdstukken g. h, l, en m) |25.11.1972 |44,13 euro |
|400.D.02 |Verlichting in gebouwen |16.11.1983 |19,58 euro |
| |(uitgezonderd hoofdstuk a, b §4 en 5, c §4 en 5) | | |
|400.E.01 |Diverse zwakstroominstallaties in gebouwen |23.10.1975 |18,59 euro |
|400.J.03 |Teletechniek (hoofdstuk a) |25.08.1987 |7,19 euro |
|400.L.02 |Hydraulica |29.09.1983 |31,98 euro |
| | | | |
2. de reglementen van de verdeler van elektrische energie;
3. dienstorder LIN 2003/16 - “Metaalconstructies” van 01.09.2003 4;
4. dienstorder LI 96/47 - “Formuleverven” van 25.10.1996 1;
5. dienstorder LI 94/80 – “Beton voor constructies” van 12.07.1994 5;
6. dienstorder LI 94/86 – “Betonstaal en voorspanstaal” 15.09.1994 5;
7. de technische voorschriften van Probeton en van OCBS 6;
8. de goedkeuringsleidraden Butgb, sector burgerlijke bouwkunde 6;
In geval van tegenstrijdigheid tussen het bestek, de standaard- en typebestekken en de documenten die hierboven aangehaald zijn, heeft het bestek de voorrang.
In geval van tegenstrijdigheid tussen de teksten van het standaardbestek 240 vermeld onder punten 2, 3 en 4 en het typebestek 400 vermeld onder punt 5, heeft de meeste recente tekst van het standaardbestek 240 voorrang.
VVerbeterings- en andere berichten
De verbeterings- en andere berichten die betrekking hebben op de opdrachten in het algemeen of enkel op een bepaalde opdracht, maken integrerend deel uit van de contractuele bepalingen. De aannemer is derhalve geacht er kennis van te hebben genomen en ermee rekening te hebben gehouden bij het opmaken van zijn prijsaanbod.
C.2. Administratieve voorschriften als aanvullingen van de bijlage bij het KB van 26.09.1996: algemene aannemingsvoorwaarden (AAV) voor de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en voor de concessies voor openbare werken
Artikel 4§2: Detail- en werktekeningen opgemaakt door de aannemer
De voorschriften van het standaardbestek 240 worden aangevuld met de volgende bepalingen:
1. Voorschriften Installatiebeschrijving
De aannemer stelt een dossier samen waarmee op een efficiënte manier gegevens over de installatie kunnen worden teruggevonden. De aannemer houdt zich aan de hierna volgende indeling van de inhoud van het dossier. Het dossier moet beschikbaar zijn bij het in dienst stellen van de installatie en wordt in 3 exemplaren overhandigd aan de aanbestedende overheid.
1. Inhoudstafel
2. Algemeenheden
➢ installatienummer
➢ datum van indienststelling
➢ ligging in Lambertcoördinaten
➢ kopie van stratenplan met aanduiding ligging
➢ coördinaten van de leidend ambtenaar, toezichter
➢ besteknummer
➢ dossiernummer
➢ lotnummer
3. Beschrijving van de installatie
➢ korte beschrijving van de installatie gebaseerd op de bestekteksten
➢ eventueel historiek van de installatie (vooral voor installaties die niet volledig nieuw zijn)
➢ belangrijkste dimensies en grootheden (lengte, breedte, massa, debiet, opvoerhoogte, vermogen, …)
4. Betrokkenen
➢ een lijst met de naam, de functie, het adres en telefoonnummer van de betrokken aannemers en onderaannemers, de leidend ambtenaar, de toezichter, de elektriciteitsleverancier en indien nuttig leveranciers, fabrikanten, …
5. Gegevens over de installatie
5.1 Algemeen
➢ volledige planlijst
➢ volledige materiaallijst
5.2 Elektrische uitrusting
➢ aarding (net-type, spreidingsweerstand bij aansluiting, …)
➢ netaansluiting (gegevens over spanning, stroom, klantennummer, ..)
➢ aankomst in LS-bord (gegevens over : net, elektrogeengroep, type omschakelaar, klemmen elektrogeengroep, ..)
5.3 Verlichtingsinstallatie
➢ de verlichtingstoestellen (type, aantal, tussenafstand, verlichtingsniveau, lampen, …)
5.4 Plans van de elektrische installatie
2. Voorschriften m.b.t. de elektrische schema's
De elektrische schema’s worden getekend volgens de norm NBN EN 61082-1 tot 6 en bijwerkingen.
De grafische symbolen voldoen aan NBN EN 60617-2 tot 13 en bijwerkingen.
Naast de voorschriften gelden volgende aanvullende bepalingen:
➢ er wordt gebruik gemaakt van functionele codes;
➢ elk blad wordt ingedeeld in 10 delen die gelijkmatig verdeeld zijn over de breedte van het blad;
➢ de nummering van de toestellen verwijst naar de zone (pagina en deel) waarop het bedieningselement van het toestel voorkomt;
➢ er wordt slechts één lijn per zone getekend;
➢ de nummering gebeurt van 0 tot 9;
➢ het titelblad vermeldt het aantal pagina's in het plan;
➢ indien de nummering niet continu is, worden de gebruikte of de niet-gebruikte paginanummers op een van het document deel uitmakende bladlijst vermeld, ofwel wordt op elke pagina het nummer van de volgende pagina vermeld;
➢ elke pagina draagt een kleine titelbalk waarin de voornaamste gegevens van het titelblad hernomen worden (omschrijving van het project, dossiernummer, onderwerp van het plan, plannummer, …), zodat elke pagina ondubbelzinnig naar één bepaald plan verwijst;
➢ onder elke lijn wordt in tekstvorm uitleg gegeven over de functie van de lijn.
2 Voorschiften m.b.t. plans van de elektrische installaties
Volgende gegevens dienen aanwezig te zijn op de plans:
➢ het algemeen situatieplan (liggingsplan en inplantingsplan van de apparatuur);
➢ het schema van de kabelverbindingen tussen de borden en de toestellen (blokschema);
➢ de ééndradige schema’s met de karakteristieken van de verschillende vertrekken, het volledig schakelschema, de schema’s van de klemmenborden met identificatie van de klemmen en de kabels;
➢ de aan te wenden toestellen met aanduiding van hun karakteristieken, hun type, hun merk en het aantal;
➢ de gedetailleerde werktekeningen van de borden, de kasten en kastjes met aanduiding van alle toestellen en de stroomrails;
➢ de volledige kabellijst;
➢ het volledige tracé-plan van de uitwendige kabelleidingen met aanduiding van alle kabels en hun ligging t.o.v. speciale merkpunten van het terrein (met een afwijking van maximum 50 cm in elke richting), en met aanduiding van de plaatsingswijze (in volle grond, onder beschermbuizen, enz...); doorsneden op de gepaste plaatsen duiden de diepte aan waarop de beschermbuizen en kabels aangelegd zijn; ook de eindpunten van de verschillende opstellingswijzen worden aangeduid ten opzichte van vaste merkpunten op het terrein; bij sleuven met een breedte tot 50 cm volstaat de aanduiding van 1 lijn, bij bredere sleuven worden de beide grenzen aangegeven; alle kabels van alle technieken worden hierbij op dezelfde plans weergegeven; de x-, y-, z- Lambertcoördinaten worden op het tracéplan aangeduid;
➢ het situatieplan dat minstens de volgende gegevens bevat:
– de ligging van de verschillende wegen en straten, vluchtheuvels, voetpaden, fietspaden, kantstenen, rooilijnen, woningen en gebouwen, pleinen, enz...; de namen van de straten, wegen en pleinen worden aangeduid evenals de nummers van de aanpalende gebouwen, de gemeentegrenzen, de provinciegrenzen, de kilometerpalen, de nummers van verlichtingspalen, de nummers van de bruggen en op- en afritten van autosnelwegen;
– het type van de wegbekleding;
– de aard van de bekleding van de fietspaden, pleinen, voetpaden;
– alle speciale merkpunten van het terrein;
– de inplanting van alle apparatuur en van alle toestellen;
➢ de plaats en de aard van de aardelektrode(n);
➢ dwarse doorsneden genomen op elke bijzondere plaats van het kabeltraject (binnenkomen van gebouwen of kelders, kabelkokers, enz...), getekend op een aangepaste schaal;
➢ boorcurves;
➢ de detailtekening van de schikking van de apparatuur en van de kabeluiteinden in de basis van de palen;
Artikel 13 : Modaliteiten voor de prijsherziening
1. Herziening voor de levering van verlichtingspalen
Artikel 13 van het standaardbestek 240 wordt vervangen door art. 13 §1 1° Algemene formule, van het standaardbestek 250 versie 2.1.
De referentieprijzen of indexcijfers (X-waarden) zijn die welke vastgesteld worden door het federale ministerie van Verkeer en Infrastructuur, met name:
X1 en x1 O.W. 131 : zand uit groeven voor beton
X2 en x2 O.W. 218 : betonstaal
X3 en x3 O.W. 220 : dik plaatijzer
X4 en x4 O.W. 467 : cement NBN 12 id. bulk tankauto klas 52,50
De referentielonen S en s zijn deze die vastgesteld zijn door het Nationaal Paritair Comité waarbij de leverancier aangesloten is.
De contractuele waarden van de parameters worden forfaitair vastgesteld als volgt:
Voor stalen palen :
a = 0,3 (voor s/S)
b1 = 0,0 (voor x1/X1)
b2 = 0,0 (voor x2/X2)
b3 = 0,5 (voor x3/X3)
b3 = 0,0 (voor x4/X4)
c = 0,2
Voor betonnen palen :
a = 0,3 (voor s/S)
b1 = 0,15 (voor x1/X1)
b2 = 0,15 (voor x2/X2)
b3 = 0,0 (voor x3/X3)
b3 = 0,2 (voor x4/X4)
c = 0,2
2. Herziening voor de overige posten
De herzieningsformule van standaardbestek 240 is van toepassing.
Bepaling van coëfficiënten a, b1 tot b6
De coëfficiënten a en b1 tot b6 vermeld in de herzieningsformule bedragen:
a = 0,4
b1 = 0,25
b2 = 0
b3 = 0
b4 = 0,415
b5 = 0
b6 = 0
c = 0,2
De ISTI-waarden worden afgerond op 2 cijfers na de komma.
De waarden van de uurlonen worden afgerond tot 6 cijfers na de komma. Het zesde cijfer verhoogt met 1 indien het 7de cijfer gelijk is aan 5 of hoger.
In afwijking van artikel 13 – “Modaliteiten van de prijsherziening” van het standaardbestek 240 – deel I : Algemene Administratieve en Contractuele Bepalingen worden de definities van de symbolen isti2800, isti2900, isti3000, isti3100, , isti3200 en isti3300, vervangen door
“hetzelfde laatst gepubliceerde indexcijfer voor de maand voorafgaand aan de maand van de einddatum van het dienstbevel”.
Artikel 15 § 1: Betaling van de werken
Indienen betalingsaanvragen
Tenzij anders bepaald in het dienstbevel is de adressering voor de schuldvordering en factuur:
Voor perceel 1 – Oost- en West-Vlaanderen:
Vlaamse overheid
Agentschap Wegen en Verkeer
Afdeling Elektriciteit en Mechanica - Gent
Elfjulistraat 41 - 9000 GENT
Voor perceel 2 – Antwerpen, Limburg en Vlaams-Brabant:
Vlaamse overheid
Agentschap Wegen en Verkeer
Afdeling Elektriciteit en Mechanica - Antwerpen
Anna Bijnsgebouw
Lange Kievitstraat 111-113 bus 43, 2018 Antwerpen
De betalingaanvragen worden ingediend per afzonderlijk dienstbevel, na de voorlopige oplevering ervan. Er kunnen maandelijks en per dienstbevel tussentijdse betalingsaanvragen ingediend worden indien de reeds uitgevoerde leveringen en werken voor het betrokken dienstbevel ten minste 15.000 euro bedraagt. Op de volgende betalingsaavraag dient dan een cumulatief overzicht van de reeds afgerekende hoeveelheden met hun respectievelijk bedrag van het betreffende dienstbevel te worden vermeld.
De enige betalingsaanvraag of saldobetalingsaanvraag kan pas worden ingediend nadat de werken volledig zijn afgewerkt zoals omschreven in artikel 43 § 2 van dit bestek. De aannemer voert bij zijn saldobetaling het PV van voorlopige oplevering toe.
De betalingsaanvraag is enkel ontvankelijk indien er een door het bestuur (verantwoordelijke toezichter) goedgekeurde en ondertekende kladmeetstaat is bijgevoegd. Tevens wordt de aannemer ook gevraagd om het betreffende dienstbevel met eventuele onderbrekingen en hervattingen bij te voegen.
Artikel 19 § 2: Waarborgtermijn
De waarborgtermijn van 2 jaar per uitgevoerde installatie vangt aan op de datum van de voorlopige oplevering van het desbetreffende dienstbevel.
Het contract eindigt bij de definitieve oplevering van het laatste afzonderlijke dienstbevel.
Artikel 20 § 4: Straffen
De enige straf wordt bepaald op 250 EUR, vermeerderd met 25 EUR per dag.
Artikel 28 § 1: Bevel tot uitvoering en leiding van de werken
A. Algemeen dienstbevel - Geldigheidstermijn voor het geven van afzonderlijke dienstbevelen
In afwijking met het voornoemde artikel wordt de aanvangsdatum van de opdracht door de aanbestedende overheid bepaald in zover hij niet vroeger dan 30 en niet later dan 180 kalenderdagen na de datum van de notificatie gesteld wordt.
De termijn voor het geven van dienstbevelen is vastgesteld op twaalf maanden vanaf aanvang van het contract.
De aanbestedende overheid heeft het recht de opdracht geheel of gedeeltelijk te verlengen in één of meerdere malen met een maximale totale verlenging van vierentwintig maanden. Iedere verlenging wordt aan de aannemer genotificeerd tenminste vijftien kalenderdagen voor het verstrijken van de lopende geldigheidstermijn.
B. Afzonderlijke diensbevelen
B.1. Algemeen
De aanbestedende overheid bepaalt in de bestelbrief, die hetzij per aangetekende brief, per fax of per e-mail mag worden verstuurd, bevestigd door een aangetekende brief:
- de aard van de uit te voeren leveringen of werken (+ plan)
- de plaats;
- de aanvangsdatum;
- de uitvoeringstermijn;
- de eventuele partiële uitvoeringstermijnen met hun respectievelijke aanvangsdatum;
De eventuele uitvoeringstermijnen van de verschillende dienstbevelen mogen elkaar geheel of gedeeltelijk overlappen.
De uitvoeringstermijn kan gespreid worden over een langere periode waarin de aannemer gevraagd wordt om in coördinatie te werken met de aannemer van de wegenaanleg of aannemers van andere nutsmaatschappijen.
Geen leveringen of werken mogen worden uitgevoerd, zolang niet alle situatie- en piketteerplans van een bestelling – alsook de opmeting – zijn goedgekeurd.
De aannemer informeert iedere dag de aanbestedende overheid, per e-mail, dat hij werken op de werf uitvoert.
Het bericht vermeldt de plaats van de werken, een gedetailleerde raming van de aannemer, het aanvangstijdstip + het eventuele verwachte tijdstip van het beëindigen van de werken, het type van de geplaatste werfsignalisatie, de naam van de projectingenieur en de toezichter, de naam van de aannemer en de werfverantwoordelijke en zijn telefoonnummer.
Tevens maakt hij een weekplanning op die uiterlijk 1 werkdag vóór het begin van de week aan de overheid per e-mail wordt overgemaakt. Deze planning wordt chronologisch opgesteld per werkdag en vermeldt minimaal: de plaats van de installatie, het dienstbevelnummer, type installatie en type werken.
B.2. Dienstbevelen met levering van verlichtingspalen
Voor de levering van verlichtingspalen wordt een leveringstermijn van 30 werkdagen voorzien, per bestelling van 50 palen. Per bijkomende schijf van 50 stuks, of een gedeelte ervan, wordt de leveringstermijn verlengd met 8 werkdagen.
De uitvoeringstermijn voor de levering van de overige installatie-onderdelen en de montage van bijkomende opdrachten gegeven door de overheid wordt vastgesteld op 5bedraagt 5 werkdagen plus 10 werkdagen per geraamde schijf van 25.000 EUR euro (excl. BTW en herzieningen) of een gedeelte ervan. Voor het berekenen van de geraamde schijven worden de posten voor de levering van verlichtingspalen niet meegeteld.
B.3. Dienstbevelen zonder levering van verlichtingspalen
De uitvoeringstermijn bedraagt 5 werkdagen plus 10 werkdagen per geraamde schijf van 25.000 euro (excl. BTW en herzieningen) of een gedeelte ervan.
De aanbestedende overheid bepaalt in de bestelbrief, die hetzij per aangetekende brief, per fax of per e-mail mag worden verstuurd, bevestigd door een aangetekende brief:
- de aard van de uit te voeren leveringen of werken (+ plan)
- de plaats;
- de aanvangsdatum;
- de uitvoeringstermijn;
- de eventuele partiële uitvoeringstermijnen met hun respectievelijke aanvangsdatum;
De eventuele uitvoeringstermijnen van de verschillende dienstbevelen mogen elkaar geheel of gedeeltelijk overlappen.
De uitvoeringstermijn kan gespreid worden over een langere periode waarin de aannemer gevraagd wordt om in coördinatie te werken met de aannemer van de wegenaanleg of aannemers van andere nutsmaatschappijen.
Geen leveringen of werken mogen worden uitgevoerd, zolang niet alle situatie- en piketteerplans van een bestelling – alsook de opmeting – zijn goedgekeurd.
De aannemer informeert iedere dag de aanbestedende overheid, per e-mail, dat hij werken op de werf uitvoert.
Het bericht vermeldt de plaats van de werken, een gedetailleerde raming van de aannemer, het aanvangstijdstip + het eventuele verwachte tijdstip van het beëindigen van de werken, het type van de geplaatste werfsignalisatie, de naam van de projectingenieur en de toezichter, de naam van de aannemer en de werfverantwoordelijke en zijn telefoonnummer.
Tevens maakt hij een weekplanning op die uiterlijk 1 werkdag vóór het begin van de week aan de overheid per e-mail wordt overgemaakt. Deze planning wordt chronologisch opgesteld per werkdag en vermeldt minimaal: de plaats van de installatie, het dienstbevelnummer, type installatie en type werken.
Artikel 42 § 2 : Voorbehouden som voor onvoorziene leveringen en werken
De aannemer moet binnen de 15 kalenderdagen schriftelijk antwoorden op de vraag om prijsverantwoording. Indien deze termijn wordt overschreden wordt een PV van vaststelling opgemaakt. Bij het uitblijven van enige reactie van de aannemer wordt de verrekening ambtshalve opgesteld met, zonodig, ambtshalve vastgestelde prijzen.
Artikel 43 § 2: Voorlopige oplevering
De waarborgtermijn bedraagt 2 jaar.
De werken worden slechts als volledig afgewerkt beschouwd nadat alle documenten geleverd zijn die in artikel 4 § 2 van dit bestek zijn opgesomd.
Artikel 20, 47 en 48: Middelen van optreden van de aanbestedende overheid
1. Boeten wegens laattijdige uitvoering
In de formule, voorzien in art. 48 § 2 is:
- M = het bedrag van het betreffend dienstbevel;
- N = de uitvoeringstermijn van het betreffend dienstbevel.
Wanneer overeenkomstig artikel 20 § 2 en 47 van de bijlage bij het KB van 26 september 1996 een tekortkoming wordt vastgesteld, kan de aanbestedende overheid aan de aannemer een termijn toestaan om de vastgestelde tekortkomingen te doen verdwijnen en dit aan de aanbestedende overheid te melden.
In dat geval wordt die termijn samen met het in artikel 20 § 2 en 47 van de bijlage bij het KB van 26 september 1996 bedoelde proces-verbaal aan de aannemer betekend.
2. Wegens het niet of onvolledig indienen van de lijsten met leveranciers
en onderaannemers
Indien de aannemer verzuimt de volledige lijsten van de leveranciers en onderaannemers in te dienen, voorgeschreven door art. 10 § 1 van het typebestek 240, heeft de aanbestedende overheid het recht een boete per kalenderdag toe te passen van 250 euro.
3. Wegens tekortkomingen bij het naleven van de voorschriften inzake werfsignalisatie en/of het Veiligheid- en gezondheidsplan.
Voor elke werf waar een tekortkoming bij het naleven van de voorschriften betreffende werfsignalisatie wordt vastgesteld, wordt een boete geheven van 250 euro per dag of per gedeelte van en dag en dit tot en met de dag waarop de inbreuk heeft opgehouden te bestaan.
De boete wordt toegepast in de volgende gevallen:
- de geplaatste werfsignalisatie is niet in overeenstemming met de geldende voorschriften;
- de geplaatste werfsignalisatie is niet weggenomen of oordeelkundig afgedekt na de werkuren;
- er wordt gewerkt buiten de toegestane uren;
Indien de geplaatste werfsignalisatie niet in overeenstemming is met de geldende voorschriften, moet de werf onmiddellijk ontruimd worden.
De werken kunnen slechts hervat worden nadat is vastgesteld dat de geplaatste signalisatie in overeenstemming werd gebracht met de voorschriften.
4. Wegens tekortkomingen bij het naleven van de algemene maatregelen voorzien in art. 30 § 1
Voor elke tekortkoming bij het naleven van de voorwaarden van de algemene voorwaarden voorzien in art. 30 § 1 wordt een boete toegepast van 125 euro per kalenderdag.
5. Wegens defecten tijdens de waarborgperiode
.
TECHNISCHE BEPALINGEN
Voorafgaande nota: elke verwijzing in de standaardbestekken of andere documenten, naar het dienstorder LI96/48 dient geïnterpreteerd te worden als een verwijzing naar het dienstorder
LIN 2003/16.
Aanvullingen/aanpassingen aan standaardbestek 240 : Naast het standaardbestek 240 dienen onderstaande beschrijvingen ter aanvulling, bovenop de teksten in het standaardbestek.
Hoofdstuk 9 : Wegverlichting
2. VERLICHTINGSPALEN
2.1. Algemene voorschriften
De voorschriften vermeld in huidige paragraaf zijn algemeen geldend, tenzij in de verdere
paragrafen er expliciet van wordt afgeweken.
2.1.1. Van toepassing zijnde documenten
2.1.1.1. Normen
De verlichtingspalen voldoen, voor zover er in onderhavig standaardbestek niet van wordt afgeweken, aan de voorschriften voor de lichtmasten opgenomen in:
- de norm NBN EN 40-1:1992;
- de norm NBN EN 40-2:2004;
- de normen NBN EN 40-3-1:2000, 40-3-2:2000 en 40-3-3:2003;
- de norm NBN EN 40-4:2005 (betonnen lichtmasten);
- de norm NBN EN 40-5:2002 (stalen lichtmasten);
- de norm NBN EN 40-6:2002 (aluminium lichtmasten).
De muur- of paalconsoles voldoen eveneens aan de in onderhavige paragraaf opgelegde voorschriften, voor zover ze hun betekenis blijven behouden.
In onderstaande tekst is enkel nog sprake van verlichtingspalen, met dien verstande dat alle
opgelegde voorwaarden eveneens geldig zijn voor verlichtingsconsoles.
2.1.2. Kwaliteitsborging
Het kwaliteitsplan omvat alle controles vermeld in artikel “13 Conformity control” van de norm NBN EN 40-5:2002 en in de norm NBN EN 40-6:2002, of artikel 12 in de norm NBN EN 40-4:2005, aangevuld en/of gewijzigd door de voorschriften van huidig standaardbestek.
2.1.3. Materiaal
2.1.3.1. Stalen verlichtingspalen
Het gebruikte staal is geschikt voor thermisch verzinken volgens de norm NBN EN ISO 1461:1999, aangevuld met de dienstorder LI 96/47.
De in de hierna volgende paragrafen vermelde staalkwaliteiten zijn minimum kwaliteiten en
beantwoorden aan de normen NBN EN 10025-1:2005 en NBN EN 10025-2:2005, aangevuld met de dienstorder LIN 2003/16.
De verlichtingspalen worden vervaardigd uit:
- of staal S235JR en de voet- en kopplaat uit staal S235J0;
- of staal S355JR en de voet- en kopplaat uit staal S355JR.
2.1.3.2. Aluminium verlichtingspalen
Het gebruikte materiaal beantwoordt aan de voorschriften van artikel 4.1 van de norm
NBN EN 40-6:2002
2.1.3.3. Betonnen verlichtingspalen
Voor betonnen verlichtingspalen worden wat materiaal betreft volgende eisen gesteld, bovenop de eisen van de norm NBN EN 40-4:2005 en de norm NBN EN13369:2004 :
- de gebruikte cementen zijn verplicht met begrensd alkaligehalte (Low Alcali of LA) volgens NBN B12-109
- de betontemperatuur wordt tijdens de fabricatie continu geregistreerd en mag maximum 65°C bedragen.
- het beton behoort tot de milieuklasse XS1 volgens de norm EN NBN 206-1:2001
- de minimum betondekking bedraagt 30 mm.
- de sterkteklasse is C50/60 volgens de norm EN NBN 206-1:2001 .
2.1.4. Constructieve voorschriften
De constructieve voorschriften in het typebestek 240 zijn enkel van toepassing voor stalen en aluminium palen.
Voor betonnen palen geldt het volgende :
De betonnen palen zijn vervaardigd uit voorgespannen gewapend beton.
Het wapeningsstaal is van het type : fyk = 500 N/m²
Het beton en wapeningsstaal hebben een BENOR-certificaat.
De uitwendige opervlakte van de palen moet regelmatig en glad zijn. De kanten mogen niet afgebrokkeld zijn. De palen mogen geen barsten vertonen die met het blote oog zichtbaar zijn. De palen die bij levering barsten vertonen zullen geweigerd worden. De palen mogen enkel capillaire scheurtjes vertonen en moeten vrij zijn van steenslag en grindresten en andere gebreken die hun duurzaamheid zouden kunnen aantasten, zoals het doorkomen van de wapening en het afbrokkelen van cement.
In het midden van de paal zal over de ganse lengte een cirkelvormige gladde opening zijn, ruim genoeg om de elektrische leiding (XVB kabel van 3G 25 mm² van de kabelingang tot aan de klemmenblok en 3G 2,5 mm² van de klemmenblok tot aan het verlichtingstoestel) op een gemakkelijke wijze te plaatsen.
2.1.4.2.4 Hoeknaden
De hoeknaden ter hoogte van de voetplaat worden uitgevoerd in overeenstemming met fig. 2.1.4.2.4
2.1.6. Schikking van de opstelling van de voorschakelapparatuur en de aansluiting van de voedingskabels
2.1.6.2. Montageplaat
De afmetingen van de montageplaat beantwoorden aan voorschriften vermeld op de standaardplans. Voor betonnen palen hebben de montageplaten dezelfde afmetingen als de metalen standaardpalen van dezelfde lengte. De montageplaat is inbegrepen in de levering van de palen. De montageplaat wordt degelijk in de paal vastgezet. De aannemer bezorgt hier vooraf een detailtekening van ter goedkeuring.
2.1.6.8. Deurtje
Het deurtje van de betonnen palen is vervaardigd uit het zelfde materiaal, met de zelfde dikte, afmetingen en corrosiebescherming als het deurtje van de metalen standaardpalen met dezelfde lengte.
2.1.7. Toleranties op de afmetingen
2.1.7.1. Lineaire maatafwijkingen
Voor de lineaire maatafwijkingen zijn de toleranties bepaald in de norm NBN EN 40-2.
Bijkomend zijn volgende voorschriften van toepassing :
- de inplantingshoogte van deurtje(s) en van de inleidopening voor de kabels : ± 0,5 %
- eindstuk van de paal - op de lengte : ± 2 mm
- op de diameter : ± 1 %
- lengte en breedte van de bevestigingsplaten voor verlichtingstoestellen
op rechte plaat : ± 0,5 mm
- de nominale dikte t van de staalplaat : categorie A volgens tabel 3 van de norm NBN EN 10051:1997
- de breedte z van de vrije ruimte, bestemd voor de plaatsing van de
montageplaten in de voet van de verlichtingspaal : - 0 mm
De toleranties op de overlaplengte lo van de niet-gelaste dwarsverbindingen wordt in de overeenkomstige paragrafen verder behandeld.
De lineaire maatafwijkingen van de nominale afmetingen (in mm) van de verlichtingspalen, die noch hierboven, noch in de norm NBN EN 40-2 vermeld staan voldoen aan de waarden vermeld in tabel 2.1.7.1.
Tabel 2.1.7.1.
Nominale afmeting l Type van maataanduiding
l lmin lmax
1 ≤ 100 ± 0,6 + 1,2 + 0,0
- 0,0 - 1,2
100 < 1 ≤ 300 ± 1,2 + 2,4 + 0,0
- 0,0 - 2,4
300 < 1 ≤ 500 ± 3 + 6 + 0
- 0 - 6
500 < 1 ≤ 2 000 ± 5 + 10 + 0
- 0 - 10
2 000 < 1 ≤ 5 000 ± 20 + 40 + 0
- 0 - 40
5 000 < l ± 25 + 50 + 0
- 0 - 50
Wanneer op de standaardplans toleranties staan hebben zij voorrang op alle hiervoor vermelde tolerantie-eisen.
2.1.7.3. Vormfouten
2.1.7.3.1. Diagonalen of diameters van de rechte doorsneden
Voor de betonnen palen wordt verwezen naar de norm NBN EN 40-2.
2.1.7.3.3. Keelhoogte van de hoeklas
Deze paragraaf is enkel geldig voor de metalen palen.
2.1.8. Bescherming tegen corrosie
2.1.8.1. Verlichtingspalen
Deze paragraaf is enkel geldig voor de stalen verlichtingspalen en voor de aan de lucht vrijgestelde stalen onderdelen van de betonnen palen zoals deurtjes en montageplaten.
2.1.9. Ontwerp en verificatie van de verlichtingspalen
2.1.9.1 CE-certificatie
Alle verlichtingspalen met een nominale hoogte kleiner dan of gelijk aan 20 m zijn CE gecertificeerd.
Bij de eerste levering van verlichtingspalen aan het Vlaamse Gewest op basis van huidige versie van hoofdstuk 9 van deel II van het standaardbestek 240, wordt voor de levering van deze palen een afschrift van het CE-certificaat, dat beantwoordt aan de voorschriften van de normen NBN EN 40-4:2005, NBN EN 40-5:2002 en NBN EN 40-6:2002, bezorgd aan de leidende ambtenaar.
Voor de gestandaardiseerde stalen verlichtingspalen, alsook voor de betonnen verlichtingspalen met een nominale hoogte van 12,5 (zowel de rechte paal als de paal met één arm van 2 m) en met een nominale hoogte van 20 m wordt ter verificatie van de rekenmethode zowel de verificatie door berekening (conform paragraaf 2.1.9.3.) als de verificatie door beproeving uitgevoerd (conform paragraaf 2.1.9.4.).
Deze CE-certificatie miv. de verificatie door beproeving is een last van de aanneming. Palen zonder CE certificatie worden geweigerd.
2.1.9.2. Eisen voor de karakteristieke belastingen
- de partiële veiligheidsfactoren voor de belastingen: klasse B
- gewichtsbelasting: γf,gewicht = 1,2
- windbelasting: γf,wind = 1,2
Krachten inwerkend op (het geheel) van de verlichtingstoestel(len)
Als massa voor het geheel van verlichtingstoestellen wordt aangenomen:
- voor het geheel van 2 verlichtingstoestellen geplaatst op een rechte verlichtingspaal met nominale hoogte ≤ 15 m = 45 kg;
- voor het geheel van 4 verlichtingstoestellen geplaatst op een rechte verlichtingspaal met nominale hoogte > 15 m = 100 kg;
In voormelde massa’s zijn de massa’s van de kopplaat en van het eindstuk niet inbegrepen.
2.1.9.4. Verificatie door middel van berekening
De voorschriften van de norm NBN EN 40-3-3 zijn van toepassing voor verlichtingspalen met een nominale hoogte kleiner dan of gelijk aan 20 m. Voor betonnen verlichtingspalen geldt tevens de norm NBN EN13369:2004. Stalen verlichtingspalen met een nominale hoogte groter dan 20 m worden berekend overeenkomstig de voorschriften van de normenreeks NBN B 03-002:1998
De rekentechnische lengte van de verlichtingspalen bedraagt maximaal 1 m.
Verlichtingspalen met een nominale hoogte groter dan 8 m worden steeds berekend op vermoeiing.
De veiligheidscoefficienten voor betonnen palen zijn :
Voor wapeningsstaal : γs = 1,15
Voor beton : γc = 1,5
2.1.9.5. Verificatie door middel van beproeving
De voorschriften van de norm NBN EN 40-3-2:2000 zijn van toepassing. De uiterste belastingsproef (zie artikel 7.5 van de norm) wordt eveneens uitgevoerd.
Tijdens de beproeving wordt eveneens de eigenfrekwentie van de uitgeruste verlichtingspaal opgemeten en vergeleken met berekende waarde.
De resultaten van de proeven wordt opgenomen in een testrapport dat beantwoordt aan de voorschriften van artikel 8 van voormelde norm.
Als bijlage aan dit testrapport is een vergelijkende tabel gevoegd met daarin:
- de berekende waarden van de doorbuigingen en momenten ter hoogte van de kritische secties (zie artikel 5.5 van de norm NBN EN 40-3-2:2000), waarbij in de berekening de windbelasting beschouwd wordt als “gelijkmatig verdeeld”;
- de berekende waarden van de doorbuigingen en momenten ter hoogte van deze punten, waarbij in de berekening de windbelasting vervangen is door de puntbelastingen, die tijdens de belastingsproef op de paal zullen aangebracht worden;
- de gemeten waarden van de doorbuigingen ter hoogte van de kritische punten en van de spanning ter hoogte van de deuropeningen.
In elk geval worden de kosten voor de beproeving en het CE-certificaat niet apart vergoed en zijn ze inbegrepen in de aanneming.
2.1.10. Opleveringsproeven op de verlichtingspalen
2.1.10.3. Controle van de staal-/aluminiumkwaliteit
Wordt vervangen door :
2.1.10.3. Controle van de materiaalkwaliteit
De fabrikant van de verlichtingspalen beschikt over materiaalcertificaten van het staal, beton en wapeningsstaal dat gebruikt werd voor het vervaardigen van de verlichtingspalen, van de kop- en van de voetplaten.
Op verzoek van de aanbestedende overheid worden deze certificaten aan hem overhandigd.
Voor wat staal betreft zijn deze certificaten minstens van het type 3.1.B. volgens de norm NBN EN 10204:2005. Bij ontstentenis van de certificaten, worden de proeven uitgevoerd voorzien in de norm NBN EN 10025:1993, aangevuld met de dienstorder LI 96/48.
Voor het beton en wapeningsstaal wordt een BENOR-certificaat vereist.
Deze certificaten zijn eenduidig met de levering verbonden.
Vanaf een voorziene hoeveelheid in de opmetingstaat van 100 stuks verlichtingspalen wordt de materiaalkwaliteit bijkomend gecontroleerd door middel van een trekproef a rato van 1 per
100 stuks palen. Deze trekproeven worden uitgevoerd op monsters die genomen worden uit willekeurig gekozen palen van de levering.
De keuze van deze monsters berust bij de aanbestedende overheid.
De monstername geschiedt in de werkplaatsen van de fabrikant.
Wanneer de proefresultaten voldoening schenken, mogen de aan proeven onderworpen verlichtingspalen na herstelling geleverd worden.
2.1.10.4. tem. 2.1.10.8
Deze paragrafen zijn enkel geldig voor de stalen verlichtingspalen en voor de aan de lucht vrijgestelde stalen onderdelen van de betonnen palen zoals deurtjes en montageplaten.
2.2. Stalen verlichtingspalen voor openbare verlichting
2.2.1. Paaltypes
2.2.1.4. Niet-gestandaardiseerde verlichtingspalen
2.2.1.4.1. Algemeen
Paragraaf 2.2.1.4 en de bijhorende subparagrafen zijn tevens van toepassing voor betonnen verlichtingspalen. Zie ook paragraaf 2.6.
2.2.2. Constructieve voorschriften
2.2.2.3. Overlapverbinding (niet-gelaste dwarsverbinding)
2.2.2.3.1. Rechte stalen verlichtingspalen
Rechte stalen verlichtingspalen met een nominale hoogte ≥ 16 m mogen worden uitgevoerd met één niet-gelaste dwarsnaad. De niet-gelaste dwarsverbinding wordt uitgevoerd als een overlapverbinding. Voor de berekening van de minimale trekkracht, nodig om conform paragraaf 2.1.4.2.5. de samenstellende delen over elkaar te trekken, wordt aangenomen dat de totale massa van de verlichtingstoestellen 100 kg bedraagt.
De nominale overlaplengte bedraagt 2 maal de gemiddelde diameter van de omgeschreven cirkel d2 van het vrouwelijke paalelement (met een minimum van 1,8).
2.2.3. Afmetingen en constructiedetails
2.2.3.1. Gestandaardiseerde verlichtingspalen
De afmetingen (in mm) van de gestandaardiseerde verlichtingspalen worden vermeld op de
standaardplans, aangevuld met de corresponderende tabellen van paragraaf 2.2.1.3.
Het aantal deurtjes is gelijk aan:
- 2 voor de rechte verlichtingspalen RM(S) of RB(S)16 en RM(S) of RB(S)20;
- 1 voor de andere rechte palen en voor de palen met arm(en).
2.2.4. Merking van de verlichtingspalen
Ieder verlichtingspaal is voorzien van het CE-merk en etikettering.
Deze etikettering beantwoordt aan de voorschriften van bijlage ZA.3 van de norm
NBN EN 40-4:2005 voor betonnen lichtmasten.
De gegevens worden gegraveerd in een plaatje uit aluminium of uit gepassiveerd corrosievast staal. Het plaatje met de CE-markering van de verlichtingspaal wordt binnenin de verlichtingspaal onverliesbaar bevestigd ter hoogte van de bovenste deuropening.
Het model van etikettering wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de lijdende ambtenaar.
2.6. Betonnen verlichtingspalen voor openbare verlichting
2.6.1. Paaltypes
2.6.1.1. Algemeen
De betonnen verlichtingspalen hebben een constante coniciteit.
De dwarsdoorsnede van de paal heeft de vorm of van een veelhoek met tenminste
8 zijden of van een cirkel.
De verlichtingspalen worden ingedeeld in gestandaardiseerde en niet-gestandaardiseerde verlichtingspalen.
In elke categorie zijn volgende types van verlichtingspalen voorzien: Symbool
- rechte betonnen palen voor opstelling in volle grond RB
- rechte betonnen palen voor bevestiging op verankeringsmassief RBS
De diverse paaltypes worden aangegeven door één van voormelde symbolen, gevolgd door de
aanduiding in meter van de bevestigingshoogte van de verlichtingstoestellen.
2.6.1.2. Overzicht gebruikte symbolen
a : hoogte van de deuropening en hoogte van de montageplaat
b : breedte van de deuropening
c : breedte van de montageplaat
d : afstand tussen de bevestigingsribben van de montageplaat, gemeten tussen centreerpunten
dt: diameter van het eindstuk
h : nominale hoogte van de verlichtingspaal
h1 : de totale lengte van een verlichtingspaal (h1 = h + e)
e : lengte van het inplantingsstuk (paaltypes RB)
z : minimale breedte van de vrije ruimte, bestemd voor de plaatsing van de montageplaten in
de voet van de verlichtingspaal
2.6.1.3. Gestandaardiseerde betonnen verlichtingspalen
2.6.1.3.1. Algemeen
De in onderstaande tabellen aangeduide paaltypes worden gestandaardiseerde paaltypes genoemd.
De dwarsdoorsnede van de gestandaardiseerde verlichtingspalen is achthoekig of cirkelvormig.De gestandaardiseerde verlichtingspalen met cirkelvormige dwarsdoorsnede beantwoorden aandezelfde constructieve voorwaarden als die van de palen met achthoekige sectie. De buitendiameter is minstens gelijk aan de diameter van de ingeschreven cirkel van de achthoekige palen.De dimensies van de eventueel noodzakelijke langsverstevigingen ter hoogte van de deuropeningen worden bepaald door de paalconstructeur.
2.6.1.3.2. Gestandaardiseerde rechte betonnen verlichtingspalen
Het standaardplan EMT09/2211 beeldt de gestandaardiseerde rechte stalen palen met achthoekige dwarsdoorsnede af. De rechte betonnen palen hebben voor wat de in paragraaf 2.6.1.2 vermelde symbolen dezelfde afmetingen als de rechte metalen palen van gelijke lengte, zoals vermeld onderstaande tabel 2.6.1.3.2.1., gegeven in mm. Voor deurtjes, montageplaten, eindstuk en voetplaat wordt verwezen naar de standaardplannen van de gestandaardiseerde rechte stalen palen EMT09/2211 van het standaardbestek 240.
De minimale breedte van de vrije ruimte z bedraagt voor paaltypes RB(S)16 en 20 : 275 mm.
Tabel 2.6.1.3.2.1
Gestandaardiseerde rechte betonnen verlichtingspalen
|PAALTYPE |h |e |h1 |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
Gedaan te,
De inschrijver(s),
VLAAMSE OVERHEID
MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN
Afdeling Elektriciteit en Mechanica Gent
Elfjulistraat 41
9000 Gent
|AFDELINGSHOOFD: |WILLY VAN WALLEGHEM |
| | |
| | |
|DOSSIER-ID: |39835 |
|ADM. DOSSIERNUMMER: |VVV.063.001 |
|BESTEKNUMMER: |MDL/08A03 |
|OMSCHRIJVING: |Opstellen en aanpassen van wegverlichtingsinstallaties en inwendig verlichte signaleringsinstallaties in Vlaanderen Perceel 1 : Oost- en West-Vlaanderen |
|INVESTERENDE OVERHEID: |VLO |
|AANBESTEDINGSDATUM: | |
|AANVANGSDATUM DOSSIER: | |
| | |
| | |
|LEIDEND AMBTENAAR: |MAC COPPENS – ETHEL CLAEYSSENS |
|WERFLEIDER: | |
|WERFTOEZICHTERS: | |
|ADM. BEHEERDER: |HENDRIK NEVENS |
| | |
Samenvattende Opmetingsstaat
|Postnr. |
| |
|Paragraaf: 01.01 Leveren van een niet-geschilderde rechte verlichtingspaal voor inplanting in volle grond |
|1 |
|10 |
|16 |
| |
|Paragraaf: 02.01 Diversen |
|19 |
|22 |
| |
|Paragraaf: 03.01 Plaatsen met inbegrip van beperkte leveringen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen inclusief hun fundering (zie ook II.1.1 van het bestek) |
|23 |
|50 |
|52 |
| |
|Paragraaf: 04.01 Volledig uitgeruste wegsignaleringsinstallaties : Plaatsing en aansluiting met inbegrip van beperkte leveringen |
|54 |
|63 |
|67 |
| |
|Paragraaf: 05.01 Leveren van voedingskasten laagspanningsuitrusting |
|69 |
|79 |
|87 |
| |
|Paragraaf: 06.01 Kabelleveringen |
|89 |
|97 |
|100 |
|105 |
|109 |
|111 |
|113 |
|118 |
| |
|Paragraaf: 08.01 Uitvoeren van allerhande werken |
|129 |
|134 |
|137 |
|140 |
|146 |
|155 |
|166 |
|173 |
|176 |
|177 |
|179 | |Vermenigvuldiger (1,1) toe te|VH |
| | |passen op facturen voor | |
| | |keuringswerken door | |
| | |onderaannemers | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
| | | | |
Gedaan te,
De inschrijver(s),
VLAAMSE OVERHEID
MOBILITEIT EN OPENBARE WERKEN
Afdeling Elektriciteit en Mechanica Gent
Elfjulistraat 41
9000 Gent
|AFDELINGSHOOFD: |WILLY VAN WALLEGHEM |
| | |
| | |
|DOSSIER-ID: |39835 |
|ADM. DOSSIERNUMMER: |VVV.063.001 |
|BESTEKNUMMER: |MDL/08A03 |
|OMSCHRIJVING: |Opstellen en aanpassen van wegverlichtingsinstallaties en inwendig verlichte signaleringsinstallaties in Vlaanderen Perceel 2 : Antwerpen, Limburg en Vlaams |
| |Brabant |
|INVESTERENDE OVERHEID: |VLO |
|AANBESTEDINGSDATUM: | |
|AANVANGSDATUM DOSSIER: | |
| | |
| | |
|LEIDEND AMBTENAAR: |MAC COPPENS – ETHEL CLAEYSSENS |
|WERFLEIDER: | |
|WERFTOEZICHTERS: | |
|ADM. BEHEERDER: |HENDRIK NEVENS |
| | |
Samenvattende Opmetingsstaat
|Postnr. |
| |
|Paragraaf: 01.01 Leveren van een niet-geschilderde rechte verlichtingspaal voor inplanting in volle grond |
|1 |
|10 |
|16 |
| |
|Paragraaf: 02.01 Diversen |
|19 |
|22 |
| |
|Paragraaf: 03.01 Plaatsen met inbegrip van beperkte leveringen, aansluiten en in dienst stellen van volledig uitgeruste verlichtingspalen inclusief hun fundering (zie ook II.1.1 van het bestek) |
|23 |
|50 |
|52 |
| |
|Paragraaf: 04.01 Volledig uitgeruste wegsignaleringsinstallaties : Plaatsing en aansluiting met inbegrip van beperkte leveringen |
|54 |
|63 |
|67 |
| |
|Paragraaf: 05.01 Leveren van voedingskasten laagspanningsuitrusting |
|69 |
|79 |
|87 |
| |
|Paragraaf: 06.01 Kabelleveringen |
|89 |
|97 |
|100 |
|105 |
|109 |
|111 |
|113 |
|118 |
| |
|Paragraaf: 08.01 Uitvoeren van allerhande werken |
|129 |
|134 |
|137 |
|140 |
|146 |
|155 |
|166 |
|173 |
|176 |
|177 |
179Vermenigvuldiger (1,1) toe te passen op facturen voor keuringswerken door onderaannemersVHeuro4.000
TOTAAL
BTW 21.00%
ALGEMEEN TOTAAL
De inschrijver drukt de sommen van elke post, en alle andere in de offerte vermelde prijzen, uit in Euro.
De afronding naar boven of naar beneden op een cent dient te geschieden op de sommen van elke post van de samenvattende opmetingsstaat. (BTW niet inbegrepen). Het centgedeelte van dat totaal van 0,5 cent of meer wordt voor een cent gerekend, terwijl het centgedeelte van minder dan 0,5 cent wordt verwaarloosd.
De samenvattende opmeting is door de inschrijver in te vullen, te dag- en ondertekenen en bij zijn inschrijving te voegen.
Naast zijn handtekening moet de vertegenwoordiger van een vennootschap melding maken van de hoedanigheid waarin hij handelt.
Gezien, onderzocht en aangevuld met de eenheidsprijzen, gedeeltelijke sommen en totale som, welke gediend hebben tot het vaststellen van het bedrag van mijn inschrijving van heden, om bij deze gevoegd te worden.
Gedaan te de
DE INSCHRIJVER(S)
Vak bestemd voor het bestuur
-----------------------
[1] Ter inzage bij: KIVB en te verkrijgen door storting op rekeningnummer 091-2206018-73 – MVG – LIN – Ontvangsten personeel – Brussel
[2] Te verkrijgen bij de aanbestedende overheid
1 Ter inzage en te koop bij KIVB
2 Te verkrijgen bij de aanbestedende overheid
4 Te verkrijgen na aanvraag bij Metaalstructuren@mow.vlaanderen.be
5 Te verkrijgen na aanvraag bij Betonstructuren@mow.vlaanderen.be
6 Te downloaden op
[3] Doorhalen wat niet van toepassing is
[4] Doorhalen wat niet van toepassing is
[5] Doorhalen wat niet van toepassing is
[6] Doorhalen wat niet van toepassing is
................
................
In order to avoid copyright disputes, this page is only a partial summary.
To fulfill the demand for quickly locating and searching documents.
It is intelligent file search solution for home and business.
Related searches
- werken bij de gemeente
- werken voor de overheid
- werken bij het rijk
- werken voor nederland
- wonen en werken in nederland
- centraal bureau voor burgerzaken suriname
- werken in den haag
- rijksdienst voor wegverkeer
- aanvraag visum voor nederland
- rijksdienst voor het wegverkeer
- visumaanvraag voor nederland
- allstate hlkr2hix or 384 select 384 from pg sleep 15 tax document