Het romeinse rijk - Universiteit Gent



Leerkrachten.

| |Het Romeinse Rijk |

| |Ontworpen door |

| |Saskia Decraene, saskia.decraene@rug.ac.be |

| | |

| |Inleiding | Klas | Leerdoelen | Proces | Bronnen | Evaluatie | Conclusie | Referenties | Leerlingenpagina |

| |  |

| |Inleiding |

| |Deze internetles is ontworpen om de leerlingen vertrouwd te maken met een nieuwe manier van leren die in de toekomst onontbeerlijk zal |

| |worden, nl. een weg vinden in de veelheid van informatie op het web. In deze taak worden de nodige websites aangereikt. Via deze taak |

| |kunnen ze reeds de basisvaardigheden inoefenen. Er is bovendien gekozen voor een groepsgedeelte om de sociale vaardigheden die ook in een |

| |kennismaatschappij niet vergeten mogen worden, te onderhouden. |

| |Jullie hebben zeker al gehoord van de Romeinen en van het Romeinse rijk. Straks krijgen jullie enkele vraagjes en opdrachtjes over Rome en |

| |de Romeinen. Zo zullen jullie waarschijnlijk nog veel meer te weten komen. |

| |De Romeinen spraken niet dezelfde taal als wij spreken, droegen niet dezelfde kleren. Waar woonden ze, wat deden ze als ontspanning,…? |

| | |

| |Klas |

| |Deze internettaak is ontworpen voor de zesde klas. Het thema is Het Romeinse Rijk. Voorkennis over de Romeinen via het lezen van een boek, |

| |het geven van een inleiding over dit onderwerp kan interessant zijn. |

| |De leerlingen moeten al over de basisvaardigheden van het werken met computer beschikken. Zo is bv. het hanteren van de muis essentieel. |

| |  |

| |Leerdoelen |

| |wereldoriëntatie: |

| |Interesse wekken voor het leven van mensen elders in de wereld en in het verleden. |

| |Kunnen omgaan met tijdsaanduidingen, gebeurtenissen kunnen situeren en ordenen in de tijd. |

| |De grenzen verleggen van de aanvankelijk kleine wereld. De hulpmiddelen hiervoor zijn o.a. het kunnen gebruiken van plattegronden en |

| |kaarten. |

| |leren leren |

| |de nodige vaardigheden leren om zelfstandig met informatie om te gaan. |

| |Belangrijk is dat iedereen in de toekomst in staat zal zijn om zelfstandig een weg te vinden in de veelheid aan informatie. |

| |Zowel losstaande gegevens leren verwerven als verwerken. |

| |sociale vaardigheden |

| |Een goed gesprek kunnen voeren en kunnen samenwerken met anderen ( zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of etnische |

| |origine). |

| |  |

| |Proces |

| |De taak is opgesplitst in 2 delen, gespreid over 2 lesuren. Voor het groepsgedeelte laat je de leerlingen zelf groepen vormen per 3. Hou |

| |hierbij wel een oogje in het zeil en kom bij eventuele problemen subtiel tussen bij het vormen van de groepjes. Inhoudelijk hoort deze taak|

| |bij wereldoriëntatie meerbepaald geschiedenis. |

| |In de eerste les lossen jullie de eerste 6 vragen op in groepjes van 3 leerlingen. Probeer hier goed samen te werken. Jullie mogen allen de|

| |antwoorden noteren. Er moet echter maar 1 antwoordblad per groepje ingediend worden. Schrijf alle namen van jullie groepje op dit blad. |

| |Zijn jullie al klaar voor het eind van de eerste les dan kunnen jullie individueel al eens de volgende vragen beginnen oplossen. |

| |In de tweede les over dit onderwerp werken jullie individueel. Nu moeten jullie de volgende 5 vragen oplossen. |

| |Lees telkens goed de vraag en klik daarna op het onderstreepte adres. |

| |OK we beginnen eraan! |

| |  |

| |Deel 1 (in groep) |

| |  |

| |1. 2000 jaar geleden waren de Romeinen het machtigste volk in Europa en in het Middellandse-Zeegebied. Er woonden ongeveer 60 miljoen |

| |mensen in de landen die tot hun rijk behoorden. Deze gebieden hebben ze vooral door oorlogen veroverd. |

| |1.a. Welke Romeinse keizer veroverde Gallië en wanneer? |

| |1.b. Wanneer stierf hij? Klik hiervoor op zal een kaartje vinden. Door |

| |op de kaart te drukken, zal ze vergroten. |

| |1.c. Hoe werd hij bekend? Klik op . Onder de categorie architectuur vindt je alles |

| |over het colloseum en daar vind je het antwoord. |

| |1.d. Klik op . Klik op categorie leger. Teken een Romeins soldaat en duid de |

| |belangrijkste kledingstukken en ook zijn wapens aan. |

| |  |

| |2. Hoe is Rome ( de hoofstad van Italië ) ontstaan? |

| |2.a. Wanneer is Rome ontstaan? |

| |2.b. Schrijf in 4 - 5 lijntjes de legende van het ontstaan van de stad Rome met behulp van deze pagina. |

| |Klik op |

| |  |

| |3. Nu nog vind je in de stad Rome veel Romeinse bouwwerken terug zoals het colloseum. |

| |3.a. Waarvoor diende het colloseum in de Romeinse tijd? |

| |3.b. Waar komt het woord gladiator vandaan en wat betekent het? |

| |Je vindt het antwoord als je klikt op m Klik daarna op de categorie |

| |gladiatoren. |

| |3.c. En wie waren de gladiatoren precies? Klik hiervoor op . Het antwoord kan je |

| |vinden door eerst op de categorie architectuur te klikken en daarna op colloseum. |

| |  |

| |4. Latijn is de taal die de Romeinen spraken. Er werden in de tijd van de Romeinen ook andere talen gesproken, maar Latijn was de |

| |hoofdtaal. |

| |4.a. Overloop eens de volgende Latijnse woordjes: |

| |populus |

| |romanus |

| |non |

| |videre |

| |inter |

| |  |

| |Denk eens samen na over wat ze zouden kunnen betekenen. Controleer dan even jullie ideeën door te klikken op |

| | |

| |4.b. Van wie is deze Latijnse uitspraak : 'alea iacta est'. Dit betekent 'de teerling is geworpen'. |

| |Klik op |

| |  |

| |5. De oude Olympische Spelen zijn ontstaan in Olympia |

| |5.a. Wat is Olympia? |

| |5.b. Noem 2 gebouwen die er stonden. |

| |5.c. De oude Olympische Spelen werden om de 4 jaar in Olympia gehouden. Noem de drie groepen sport die ooit in het Romeinse tijdperk |

| |beoefend werden tijdens de Olympische Spelen. |

| |Klik op media/frames2.htm |

| |  |

| |6. Het fotootje aan het begin van deze opgave toont een Romeins theater. Deze had een speciale vorm. Teken het eens na en duid de plaats |

| |aan van het publiek, de spelers, de kleedkamers en de in- en uitgang. |

| |  |

| |  |

| | Deel 2 ( individueel) |

| |  |

| |7. Niet alle Romeinen waren gelijk. Teken een bevolkingspiramide met 5 lagen boven elkaar. De rijkste Romeinen staan in de bovenste laag |

| |van de piramide, de armste Romeinen staan in de onderste laag van de piramide. Klik voor hulp op |

| | Onder de rubriek 'het dagelijks leven', vind je informatie over de |

| |bevolkingsgroepen in Rome. |

| |  |

| |8. 8.a. Waar kwamen de slaven vandaan? Merk op dat er een verschil was in vredestijd en in oorlogstijd. |

| |8.b.Noem de twee verschillende soorten slaven + hun taak. Klik hiervoor op: |

| |  |

| |9. De Romeinen gebruikten niet dezelfde cijfers als wij. Ze gebruikten Romeinse cijfers. |

| |I=1 V=5 X=10 L=50 C=100 D=500 M=1000 |

| |Bv. 22 = XXII |

| |Probeer eens de volgende cijfers om te zetten in |

| |Romeinse cijfers: 33 - 51 - 62 - 123 – 620 |

| |  |

| |10. Maak een tijdslijn en duid de geboorte van Christus aan (het jaar nul). Gebruik hier alle jaartallen die je in het groepswerk als |

| |antwoord hebt gegeven. |

| |  |

| |11. Maak een opstel van ongeveer 15 tot 20 lijntjes. Kies hiervoor uit deze twee mogelijkheden. |

| |a. Beschrijf een dag die jij meemaakt in het Romeinse Rijk. (bv. Je bent een atleet tijdens de Olympische Spelen of je bent een gladiator |

| |of een toeschouwer in het theater, enz…) |

| |b. Beschrijf wat je allemaal zou moeten missen indien jij geboren was in de tijd van de Romeinen. |

| |Je mag daarvoor opnieuw de onderstreepte adressen of de referenties aanklikken om meer informatie te bekomen. |

| |  |

| |Variaties |

| |Het is eventueel aan te raden na een inleidende les een museum of tentoonstelling (bv het Romeins museum in Tongeren) te bezoeken met de |

| |klas. Indien mogelijk is het interessant voor de leerlingen als zij in groepjes zelfstandig het museum zouden kunnen doorwandelen. |

| |Zo'n museumbezoek, als een vorm van voorsmaakje zorgt ervoor dat de internettaak voortbouwt op een stukje voorkennis bij de leerlingen. |

| |  |

| |Bronnen |

| |De leerlingen hebben een antwoordformulier nodig voor het noteren van de antwoorden. Dit kan voorgedrukt worden of het kan ook evengoed op |

| |cursuspapier geschreven worden. |

| | |

| |Evaluatie |

| |Het eerste deel van de taak wordt in groep gequoteerd. De leerlingen moeten immers vooral door samenwerking en overleg tot goede |

| |oplossingen komen. De antwoorden moeten beknopt, maar volledig zijn. |

| |Bij het individuele gedeelte wordt ook gelet op de volledigheid van het antwoord. Aandacht wordt besteed aan een duidelijke tijdslijn. Het |

| |opstel wordt nog eens apart gequoteerd. Hierbij wordt vooral gekeken naar de schrijfvaardigheid, de originaliteit en het gebruik van |

| |voldoende verschillende informatie. |

| | |

| |Conclusie |

| |Deze oefening is interessant om de leerlingen nog meer vertrouwd te maken met de computer en met internet. Het leert hen gericht zoeken |

| |naar informatie en omgaan met die informatie. Het oefent eveneens hun schrijfvaardigheden en vooral ook de sociale vaardigheden. Het eerste|

| |deel van de oefening vereist immers een vlotte samenwerking. |

| |Aan het eind van deze oefening zullen ze bovendien ingeleid zijn in de wereld van de Romeinen. |

| | |

| |Referenties |

| | |

| | |

| | |

| | |

| | |

| | |

| |foto Encarta Encyclopedie ‘98 |

| |eindtermen en leerdoelen voor het basisonderwijs on-line. |

|  |  |

Leerlingen.

|  |Het Romeinse Rijk |

|  |Een Internetproject voor de 6de klas |

| |Ontworpen door |

| |Saskia Decraene, saskia.decraene@rug.ac.be |

| |  |

| |Inleiding | Taak | Proces | Evaluatie | Conclusie | Referenties | |

| |  |

| |Inleiding |

| |Jullie hebben zeker al gehoord van de Romeinen en van het Romeinse rijk. Straks krijgen jullie enkele vraagjes en opdrachtjes over Rome en de |

| |Romeinen. Zo zullen jullie waarschijnlijk nog veel meer te weten komen. |

| |De Romeinen spraken niet dezelfde taal als wij spreken, droegen niet dezelfde kleren. Waar woonden ze, wat deden ze als ontspanning,…? |

| |  |

| |Taak |

| |Om de antwoorden te weten te komen op de vragen die hieronder staan moeten jullie een beetje op internet kunnen werken. Telkens als er in de |

| |opgave staat dat je ergens op moet klikken, dan kom je terecht op internet. Jullie kunnen dan de antwoorden halen uit een tekst die je daar |

| |vindt. Soms is er ook een doe-opdracht. Dan moet je meestal de informatie gebruiken om die te kunnen uitvoeren. De antwoorden en de |

| |doe-opdrachten noteer je op een apart blad. Telkens je een opdracht hebt afgewerkt, ga je terug naar de opgave door te klikken op ‘vorige’. |

| |Probeer je eens goed in te beelden hoe het daar vroeger allemaal zou uitgezien hebben. |

| |Proces |

| |Deze taak zal gespreid worden over 2 lessen. Nu, in de eerst les, lossen jullie de eerste 6 vragen op in groepjes van 3 leerlingen. Probeer hier|

| |goed samen te werken. Jullie moeten allen de antwoorden noteren en indienen. Schrijf alle namen van jullie groepje op elk blad. Zijn jullie al |

| |klaar voor het eind van de eerste les dan kunnen jullie individueel al eens de volgende vragen beginnen oplossen. In de tweede les over dit |

| |onderwerp werken jullie individueel. Dan moeten jullie de volgende 5 vragen oplossen. |

| |  |

| |Lees telkens goed de vraag en klik daarna op het onderstreepte adres. |

| |OK we beginnen eraan! |

| |  |

| |Deel 1 (in groep) |

| |1. 2000 jaar geleden waren de Romeinen het machtigste volk in Europa en in het Middellandse-Zeegebied. Er woonden ongeveer 60 miljoen mensen in |

| |de landen die tot hun rijk behoorden. Deze gebieden hebben ze vooral door oorlogen veroverd. |

| |1.a. Welke Romeinse keizer veroverde Gallië en wanneer? |

| |1.b. Wanneer stierf hij? Klik hiervoor op . Je zal een kaartje vinden. Door op |

| |de kaart te drukken, zal ze vergroten. |

| |1.c. Hoe werd hij bekend? Klik op . Onder de categorie architectuur vind je alles over |

| |het colloseum en daar vind je het antwoord. |

| |1.d. Klik op . Klik op categorie leger. Teken een Romeins soldaat en duid de |

| |belangrijkste kledingstukken en ook zijn wapens aan. |

| |  |

| |2. Hoe is Rome ( de hoofstad van Italië ) ontstaan? |

| |2.a. Wanneer is Rome ontstaan? |

| |2.b. Schrijf in 4 - 5 lijntjes de legende van het ontstaan van de stad Rome met behulp van deze pagina. |

| |Klik op |

| |  |

| |3. Nu nog vind je in de stad Rome veel Romeinse bouwwerken terug zoals het colloseum. |

| |3.a. Waarvoor diende het colloseum in de Romeinse tijd? |

| |3.b. Waar komt het woord gladiator vandaan en wat betekent het? |

| |Je vindt het antwoord als je klikt op Klik daarna op de categorie |

| |gladiatoren. |

| |3.c. En wie waren de gladiatoren precies? Klik hiervoor op . Het antwoord kan je vinden |

| |door eerst op de categorie architectuur te klikken en daarna op colloseum. |

| |  |

| |4. Latijn is de taal die de Romeinen spraken. Er werden in de tijd van de Romeinen ook andere talen gesproken, maar Latijn was de hoofdtaal. |

| |4.a. Overloop eens de volgende Latijnse woordjes: |

| |populus |

| |romanus |

| |non |

| |videre |

| |inter |

| |  |

| |Denk eens samen na over wat ze zouden kunnen betekenen. Controleer dan even jullie ideeën door te klikken op |

| | |

| |4.b. Van wie is deze Latijnse uitspraak : 'alea iacta est'. Dit betekent 'de teerling is geworpen'. |

| |Klik op |

| |  |

| |5. De oude Olympische Spelen zijn ontstaan in Olympia |

| |5.a. Wat is Olympia? |

| |5.b. Noem 2 gebouwen die er stonden. |

| |5.c. De oude Olympische Spelen werden om de 4 jaar in Olympia gehouden. Noem de drie groepen sport die ooit in het Romeinse tijdperk beoefend |

| |werden tijdens de Olympische Spelen. |

| |Klik op media/frames2.htm |

| |  |

| |6. Het fotootje aan het begin van deze opgave toont een Romeins theater. Deze had een speciale vorm. Teken het eens na en duid de plaats aan van|

| |het publiek, de spelers, de kleedkamers en de in- en uitgang. |

| |  |

| |  |

| | Deel 2 ( individueel) |

| |  |

| |7. Niet alle Romeinen waren gelijk. Teken een bevolkingspiramide met 5 lagen boven elkaar. De rijkste Romeinen staan in de bovenste laag van de |

| |piramide, de armste Romeinen staan in de onderste laag van de piramide. Klik voor hulp op |

| |. Onder de rubriek 'het dagelijks leven', vind je informatie over de bevolkingsgroepen |

| |in Rome. |

| |  |

| |8. 8.a. Waar kwamen de slaven vandaan? Merk op dat er een verschil was in vredestijd en in oorlogstijd. |

| |8.b.Noem de twee verschillende soorten slaven + hun taak. Klik hiervoor op: |

| |  |

| |9. De Romeinen gebruikten niet dezelfde cijfers als wij. Ze gebruikten Romeinse cijfers. |

| |I=1 V=5 X=10 L=50 C=100 D=500 M=1000 |

| |Bv. 22 = XXII |

| |Probeer eens de volgende cijfers om te zetten in |

| |Romeinse cijfers: 33 - 51 - 62 - 123 – 620 |

| |  |

| |10. Maak een tijdslijn en duid de geboorte van Christus aan (het jaar nul). Gebruik hiervoor alle jaartallen die je in het groepswerk als |

| |antwoord gegeven hebt. |

| |  |

| |11. Maak een opstel van ongeveer 15 tot 20 lijntjes. Kies hiervoor uit deze twee mogelijkheden. |

| |a. Beschrijf een dag die jij meemaakt in het Romeinse Rijk. (bv. Je bent een atleet tijdens de Olympische Spelen of je bent een gladiator of een|

| |toeschouwer in het theater, enz…) |

| |b. Beschrijf wat je allemaal zou moeten missen indien jij geboren was in de tijd van de Romeinen. |

| |Je mag daarvoor opnieuw de onderstreepte adressen of de referenties aanklikken om meer informatie te bekomen. |

| |  |

| |Evaluatie |

| |Het doel van het eerste deel van de taak is vooral dat jullie goed kunnen samenwerken, overleggen en het werk verdelen. We zullen de antwoorden |

| |beoordelen op volledigheid. Pas wel op dat je ook niet te veel schrijft. Antwoord goed op de vraag. |

| |Overal worden er meer en meer computers gebruikt. Internet bevat enorm veel informatie. Het is dan ook belangrijk dat jullie deze informatie |

| |gemakkelijk en snel kunnen vinden. |

| |Voor de individuele taak verwachten we van jou dat je een opgave kan oplossen door te zoeken naar de juiste informatie. We verwachten dat je in |

| |staat bent om een duidelijke tijdslijn te maken. Je zal ook beoordeeld worden op de tekst, die je op het einde van dit werk moet schrijven door |

| |zoveel mogelijk informatie te gebruiken die je bij het maken van die taak hebt gekregen. |

| | |

| |Conclusie |

| |Zo, nu hebben jullie een beetje cultuur, een beetje geschiedenis en zelfs een beetje Latijn geproefd. |

| |Jullie kunnen misschien veel van wat jullie hebben gezien en gelezen later gebruiken als jullie ooit eens op vakantie gaan naar het mooie Rome. |

| |Of misschien heb je nu wel echt zin gekregen om volgend jaar de richting Latijn te kiezen. Latijn is zoals jullie gezien hebben niet alleen een |

| |taal. Er zit ook een hele mooie cultuur achter die taal. |

| |Bovendien hebben jullie nu ook wat meer ervaring in het opzoeken van informatie, en in schrijfvaardigheid. |

| | |

| |Referenties |

| | |

| | |

| | |

| | |

| | |

| | |

| |foto uit Encarta Encyclopedie ‘98 |

| |  |

| |  |

|[|  |

|p| |

|i| |

|c| |

|]| |

| | |

................
................

In order to avoid copyright disputes, this page is only a partial summary.

Google Online Preview   Download